zaterdag 29 augustus 2020

Ineens veel te veel...

 Ik weet dat er vanwege Corona heel wat in te halen is, maar het wordt wel heel erg veel. Zeker wat de sport betreft.

Voetbal in de keukenkampioendivisie is begonnen en dat terwijl de europaleaque en championsleaque nog maar amper afgeraffeld zijn. De nieuwe voorronden zijn weer begonnen. Het is niet enkel voetbal. Ook wielrennen, mijn favoriete sport, wordt dicht opeengepakt. De eerste meerdaagse wedstrijden, de nationale en europese kampioenschappen zijn weer achter de rug en vandaag begint de uitgestelde Ronde van Frankrijk. Ik ben benieuwd, hoe er met corona wordt omgegaan. Ik houd mijn hart vast.

Ik wil NAC in elk geval blijven volgen op tv wat voetbal betreft en ook de tour van het wielrennen. Maar ik ga zeker niet rijp en groen bijhouden. Geen zin in en geen tijd voor.

Daarnaast wil ik wil weer de draad oppakken van mijn boek over onze familiegeschiedenis, zodra het wat minder fiets- en scootmobielweer wordt. En uiteraard komt Sem nog elke week twee ochtenden en moet ik ook Cas naar school brengen, zoals we dat bij de andere kleinkinderen deden. Ook begint de gemeenteraad weer op 10 september. Weer elke vergadering volgen dus, verslaglegging doen, uitleg geven over het hoe en waarom en commentaar leveren. Kortom, we hebben het druk.

Ik hoop Dat alles weer zo snel mogelijk naar ‘normaal’ gaat. Dan voel ik me hopelijk ook weer wat beter. Gisteren ging het weer bijna als vanouds tijdens de fysio. Gelukkig. Het wordt tijd, want het lopen gaat erg slecht na weken geen fysio dankzij corona en de spanning die het virus voor mij meebrengt.

We genieten van Sem. Die heeft geen zin in keukentje spelen, auto’s of bouwen. Het liefste wat hij doet is “keuren”. Kleuren dus. Kleurplaten op de voor- en de achterkant.  En verder praat hij alles aan elkaar. Lijkt zowat alles te begrijpen. Leuk. Over een klein halfjaar komt hij nog maar één ochtend per week. Dat gaat hij naar de opvang, of “de kindjes” zoals hij dat zelf noemt. 

(bron: familiearchief f. van son) 


 

 

zaterdag 22 augustus 2020

Nog één keer...

 Deze week maakten we nog één keer een klein uitstapje. Renée kwam nog een nachtje logeren. Haar zus was immers al eerder geweest. ’s Avonds aten we ‘van de plaat’ en de volgende dag ging het richting Noord Brabants museum in Den Bosch. Raar, want noch bij de koffie, noch na het bezoek aan het museum konden we de beroemde ‘bossche bol’ bestellen: uitverkocht! Daarom thuis ’s avonds nog maar een keertje de overheerlijke pannenkoeken van oma gebakken en toen hebben we Renée weer naar huis gebracht. Voor al onze kleinkinderen zitten er na deze week de zomervakantieweken op. Over het weer hebben ze niet te klagen gehad.

Deze week heb ik zelf de draad weer opgepakt met het schrijven van artikelen. Volgende week staat weer de eerste vergadering op het programma. Een fysieke vergadering gelukkig. Ik hoop dat der definitief een einde komt aan dat digitale vergaderen, al ben ik daarvan nog niet zo zeker.

Wij hebben donderdag nog even gefietst, maar dat is niet zo’n succes geworden. Plotseling regen, zelfs over het hoofd gezien door de buienradar. En dat is niet prettig als je midden in de Biesbosch zit. Daar had de buienradar het toch echt bij het verkeerde eind. Volgende keer beter, zullen we maar zeggen. De ergste hitte was in elk geval voorbij, al was het gisteren toch weer 29 graden.

Ik vond deze week ook weer een beetje tijd om aan mijn familieonderzoek te werken. Deze keer aan het familiewapen wel te verstaan. Ik denk dat het wel een passend wapen zal gaan worden. Er moet hier en daar nog wel wat geschaafd worden. Dat doet Guus van het Centraal bureau voor genealogie, met wie ik prima kan samenwerken. Mijn genealogievriend Wim Deliën is bijna gereed met de afstammingspuzzel van de familie Van Tilburg, mijn voorouders. Ik wist wel, dat we in die textielstad het nodige missionariswerk hebben gedaan in het verleden. Zal wel hard nodig geweest zijn. Ik help mijn genea-compaan nog met wat bronnen en voetnoten, en dan kunnen de liefhebbers erop schieten als ze zouden willen. Wéér een onderdeel afgewerkt dan.

Dit weekend schijnt het Nederlands kampioenschap wielrennen op de weg te worden verreden. Maar even kijken dus en volgende week is het Tour de France. Dat misselijke virus heeft alles door de war gegooid. Het is niet anders. Eens kijken hoever de renners staan.

(Bron: familiearchief f.van son)







zaterdag 15 augustus 2020

Zware achtdaagse veldtocht…

 Heerlijk zomerweer? Voor mij niet. Het is te warm en vooral te lang tropisch weer. Acht dagen na elkaar een hittegolf ruim boven de dertig. Ik vind dagen achtereen van zo om en nabij 35 graden echt te veel van het goede. Nee. Ik heb niet liever sneeuw en ijs, maar mijn gestel kan het niet meer aan, merk ik. Door de geringe afkoeling ’s nachts, slaap ik niet. En ik kan je verzekeren, hele nachten draaien en keren en liggen en weer gaan verliggen, gedwongen door aanvankelijk dikke brnen van het vastgehouden vocht en daarna toenemende spierpijn in mijn benen, dat is echt geen pretje.

Als je ’s nachts niet slaapt, dan ben je de dag erna geen mens. Zitten, staan, weer anders zitten en liggen wisselen elkaar noodgedwongen af. In het begin van de hittegolf gingen we wat vroeger op de dag een stukje weg op fiets en scootmobiel. Maar dat is er de laatste tropische dagen niet meer van gekomen. Ik voel me al snel niet lekker in de zon en blijf dus noodgedwongen thuis. Ik merk ook dat de energie, dat kleine beetje dat ik nog had, ook is opgeofferd aan de hitte. Zo erg, dat mijn fysiotherapeut me zelfs het advies gaf om volgende keer me af te vragen, of ik -als de warmte aanhoudt-, nog wel moet komen voor de oefeningen gisteren, als mijn energie mij in de steek laat. Het werd iets minder warm, dus besloot ik om toch weer naar de fysio te gaan om in elk geval de noodzakelijke oefeningen te doen. Dat het helemaal op was, merkte ik. Nieuw was dat ik soms moest spugen onderweg, wat ons de laatste keer noodzaakte om maar weer naar huis te gaan, hoe vroeg het ook nog was. Gisteren kwam Robyn een dagje. Het was niet de hele dag de koperen ploert aan de hemel en er was veel schaduw. Ik kwam aardig bij, moet ik zeggen, zeker ook omdat het erg gezellig zitten was bij Boeien in Drimmelen en Robyn bijzonder lief was. Kortom een fijne dag.

Nee over Zwarte Piet wilde ik niet veel woorden vuil maken. Het clubje van overgevoeligen vaak zelfs met gedeeltelijke “roots” in ons eigen ‘ Wilde westen’, heeft naast jarenlange subsidie om onze cultuur uit te hollen, ook hier weer zijn zin gekregen. En dat in een week waarvan ik in mijn jeugd nog gezegd zou hebben, “nee, dit is echt geen weer voor n’n blanke,” zonder dat ik daar ook maar op welke manier dan ook aan black lives matters dacht. Elk leven is voor mij namelijk de moeite waard. Daarom heb ik deze week wél gedacht aan de 24-jarige Bas, die een dief ervan wilde weerhouden een duur horloge te stelen. Daar had en heb ik dan veel meer dan alleen een naar gevoel bij. Hij betaalde met zijn leven. En dan loopt zo’n ‘min of meer toevallig getinte’ crimineel gewoon op zijn gemak weg en kan weer verder gaan met zijn leven als loser en vernielzucht van andermans geluk. Onze maatschappij is zwaar ten nadele veranderd. Gek. Ikzelf ben nooit ‘gezellig’ met mes of pistool naar het strand of in het uitgaansleven gekomen en mijn vrienden en vriendinnen evenmin. Ook onze kinderen gelukkig niet. Nederland en Nederlanders kregen dit hopeloze tuig gratis vaak overgewaaid als dank voor onze open armen, open grenzen, vrijheid om zowat straffeloos de beest uit te hangen en waarschijnlijk een rechtssysteem dat totaal niet is ingespeeld op dit soort volk. Ik heb het gevoel dat het er steeds meer worden, die graag uit de ruif blijven vreten en op niet normale manier hun ‘rechten’ en hun kost wensen te verdienen en/of er geen normen en waarden op na houden. Als ze worden gepakt, staan de advocaten voor hen in de rij. De strijd tegen dat gaius hebben we al lang geleden verloren. Er wordt te veel en te lang oeverloos gepraat in Nederland en te weinig gedaan in dit ook voor mij eens toch wat gezelliger land. Het is dweilen met de kraan open tegen de misdaad, de grote bek en de agressie. Was vroeger alles dan beter? Nee vergeet dat gerust, maar op diverse terreinen wel een stuk eerlijker en aantrekkelijker. Werden criminelen minder gepamperd en was er meer oog voor slachtoffers dan enkel weer maar eens een goedbedoelde , al dan niet stille tocht en politici die niet verder komen dan ‘ach en wee’ en ‘onaanvaardbaar’ roepen. Wat ik zeker weet is, dat we ons veel minder aan dat onderontwikkeld gebied aan de overkant van de plas gelegen moeten laten liggen. Ik kan dat kopieergedrag missen als kiespijn.                           (Bron: familiearchief f. van son).




 

zaterdag 8 augustus 2020

Onze rust- en kijkplek….

We hebben deze week vooral De Biesbosch bezocht. Met fiets en scootmobiel wel te verstaan. Vanwege de hitte vroeger weg dan normaal, brood en drinken mee en weer op tijd thuis vóór de grootste hitte. De ene keer reden we heel Hank door naar Nieuwendijk en vervolgens via de Killeweg de Biesbosch in. De volgende keer reden we het hele fietspad af, dat achter de Kurenpolder begint en ons naar Werkendam voert. Verder durfden we niet omdat de accu van de scootmobiel ons dan misschien in de steek laat en we niet meer gemotoriseerd terug kunnen. Ook langs bruine kil en andere zo langzamerhand bekende wegen en we weten overal de bankjes te staan. Maar elke keer hebben we op onze vaste pleisterplaats een uurtje gezeten aan het Steurgat. Vooral boten en bootjes kijken. Je ziet er van alles en de rust en de vele kleuren groen zijn overweldigend. Slechts één keer meende daar ‘vriendelijk gezegd’ een best wel corpulente wielrenner dat de mensen op het bankje naast ons en wij “benen moesten intrekken, zodat de vetzak naast zijn maat kon blijven rijden op het fietspad. In plaats van achter elkaar zoals iedereen doet. Hij oogstte slechts hoongelach en kritiek. Het merendeel van de wielrenners is wel normaal, moet ik zeggen en de meeste mensen op de fiets groeten in het voorbijgaan. 

“Wat is die Biesbosch toch mooi. Je ziet elke keer weer andere dingen”, merkte José een keertje op, terwijl ze weer maar eens een bekertje thee of koud water uit de thermoskan inschonk en een boterham of lekkere koek deelde. We hebben het elke keer gezellig, ook al is het de laatste dagen wel erg warm. 

Deze week begon ook het schrijven voor de Langstraat weer. Nieuws volop, want de Bergse gemeenteraad en zijn doen en laten zijn een onuitputtelijke bron van nieuws. Je merkt het, weer weinig aandacht besteed aan het stamboomonderzoek en mijn nieuwe boek, dat uiteindelijk uit mijn laptop moet komen. Niet erg. Niet op de kinderen gepast, zoals elke normale week. Het is duidelijk nog vakantie.(Bron: familiearchief f.van son). 











 

zaterdag 1 augustus 2020

Een beetje te veel..

Als het gezellig is, dan ga je jezelf wel eens voorbij. Dat was deze week het geval voor mij. Vorige week waren het al een paar dagen met erg veel lopen en enkel de nachten om bij te komen. Dierentuin, strand, speeltuin Vrouwenhof en ga maar door.
Ook deze week was het weer zo gezellig, maar nam ik ook eigenlijk onvoldoende tijd om van de vermoeienissen te herstellen. En dat is me toch opgebroken. Het was dan ook een drukke week. Ook voor José. Maar nu hebben we even vakantie.
Eerst kwamen deze week Inge, Bram, Emma en Renée na hun vakantie bij oma eten. De dag later Meike, Ronald, Anouk en Youri. En weer een middag later mochten we gezellig mee komen eten van de plaat bij Tara, Pieter en Robyn. Op woensdag, een dagje later -onverwacht- mee naar Kalkar Wunderland net over de Duitse grens. Robyn genoot en niet alleen zij. Pieter, Tara en ook José kropen in diverse attracties, al dan niet met mondkapje. En laat er nou juist die dag ook circus Maximum zijn in Kalkar. Daar was het plezierig kijken naar alle mogelijke acts, maar het hoogtepunt voor Robyn was toch wel een ritje op een echte kameel in het circus. Ze straalde allemaal. Dat deed ze ook toen ze in haar eentje in een draaiend theekopje mocht. Aardig park daar in Kalkar. Een fikse toegangsprijs maar eigenlijk valt die heel erg mee. Je mocht zo veel frites en ijs nemen als je wilde, al deed je het diverse keren. Dat is allemaal in de prijs inbegrepen, ook de normale drankjes. José en ik hebben aan de oevers van de Rijn ook nog even in een overdekt zitje gezeten. Elke keer even zitten, was fijn voor mij, maar na verloop van tijd ben ik door al mijn energie heen en rust ik ook dan niet meer uit. En zeker niet als je af en toe een mondkapje op moet. Maar het was een heerlijke dag met een dolenthousiaste Robyn.
Donderdag stonden Cas en Sem met mama Elke weer op de stoep voor de wekelijkse oppasdag. Weer “fietsje rijen” vonden de twee kleintjes. En daar hoort een ijsje bij als het lekker weer is en als we toch in de buurt van de Theresiastraat zijn, gaan we ook nog bij de favoriete varkentjes en geitjes langs van Sem. Maar die Sem mag je geen moment uit het oog verliezen, de boef. Uiteraard ook die avond weer samen bij oma eten.
Donderdagavond was de energie weer op bij mij. Vroeg naar bed en vrijdag een fietstochtje met als eindpunt de kersenhof in Raamsdonk. Zondag is het weer voor een jaar voorbij en moeten we tot de volgende zomer wachten op ons kopje thee en kersenhofke. Youri en Anouk zijn deze week een paar daagjes weg; Emma en Renée net weer terug.
Kinderen zijn niet kapot te krijgen, maar opa den oma wel, zo merk ik.
En dus weer geen minuut stamboomonderzoek deze week. Dat komt later. Maar wel alvast voorbereidingen voor mijn speciale pagina in de Langstraat. Politiek rommelt het nog behoorlijk na.
(bron: familiearchief f.van son).