zaterdag 26 oktober 2019

Een puzzle van 1500 jaar…


Het gaat goed. De puzzelstukjes van de puzzel over mijn afkomst, vallen steeds meer op hun plaats. Mijn boek in wording krijgt steeds meer vorm. Het raamwerk is er al een tijdje, steeds vind ik nieuwe stukjes, die naadloos blijken te passen.
Ik begin mijn verhaal in het jaar 550, de Merovingische tijd dus. Zelfs uit die tijd zijn nog oorkonden bewaard gebleven. Langs veel wegen, nu eens langs vaderskant, dan weer langs moederskant ben ik er bijna in geslaagd om de weg naar nu te vinden. Ik mis eigenlijk nog twee puzzelstukjes.
Ik lees en bestudeer nu daarom vooral franse teksten en bronnen over de familie De Jauche, Rumigny-Florennes en De Trognée, de Morialmé, Marbais, Orbais en nog heel wat anderen. Gelukkig hebben we, toen ik nog een auto had, veel plaatsen bekeken, die een relatie met onze voorouders hebben. Zoals bij voorbeeld de Ferme d’Agbiermont in Nodebais,  en de kastelen van Florennes en Sombreffe, en het archief in ’s-Hertogenbosch en dat van de Abdij van Tongerlo.
Die lijn komt uit bij Giselbert van Tilburg en gaat zo verder via zijn familie naar de familie Bac, vervolgens Van Broechoven en daarna door naar van Zonne. In de tussentijd heb ik ook geprobeerd om vanaf Jan van Zonne, de zoon van Henric van Broechoven en zijn vrouw Katharina Jan van Zonne, de van Zonne kant verder uit te vogelen. Dan kom je in ’s Hertogenbosch terecht, waar verschillende familieleden schepen waren. Ik ben tot ongeveer de elfde eeuw teruggegaan, toen een Van Zonne nog iets te maken had met het landgoed De Baest. Veel hulp en steun heb ik van diverse genealogische onderzoeksvrienden, zoals bij voorbeeld Hans Vogels, Bas Aarts en Wim Deliën. Het is prettig om met gelijkgestemden over de vraagtekens de praten en oplossingen te zoeken.
Ik kan me voorstellen, dat je het allemaal niet zo bijster interessant vindt. Ze zijn inderdaad allemaal dood, die voorouders, maar ik vind het interessant om hun leven en leefstijl aan de hand van bronnen verder uit te pluizen. Dat is mijn hobby. Zo nu wen dan vind je dan ook nog nieuwe gegevens of bevestiging van bestaande.  Aan ‘wishful thinking’ doe ik niet. Het moet bewezen zijn en in sommige gevallen neem ik voorlopig genoegen als diverse serieuze onderzoekers een onderbouwde hypothese hebben. Voer voor nieuw onderzoek immers. Daarmee blijf ik nog wel een tijdje zoek. Zet daarnaast José, de kinderen en kleinkinderen én het schrijfwerk voor De Langstraat en -als het een beetje weer is- de tochtjes met fiets en scootmobiel, dan weet je dat ik zelfs nog na mijn pensionering volop te doen heb. En dat vind ik prettig. De contacten tijdens de vergaderingen van de gemeenteraad en met Maarten en Christiaan van de drukkerij in Baarle-Nassau zijn een afwisseling. Ik houd het nieuws bij en reageer daarop soms via facebook. José zorgt voor de boodschappen en de gezelligheid en geniet van het schilderhobby. We hebben het eigenlijk best goed samen. En dat wordt hopelijk alleen nog beter, want over enkele maanden heeft ook José haar aow. We worden stiekum oud dus.
(Bron: familiearchief f.van son;  archief abdij van Tongerlo; Tarlier, J. & Wauters, A. (1872) La Belgique ancienne et moderne : géographie et histoire des communes belges, province de Brabant, canton de Jodoigne (Brussels); Schoolmeesters, E. & Bormans, S. `Notice d'un Cartulaire de l'ancienne église collégiale et archidiaconale de Notre-Dame, à Huy', Compte rendu des séances de la Commission Royale d'Histoire ou Recueil de ses Bulletins, 4th series, Tome I (Brussels, 1873); Gourjault O. en Wauters A., Chartes inédites extraites du Cartulaire de Saint-Nicaise de Reims, II en diverse andere).











zondag 20 oktober 2019

Over productie en vakantie!


Hè, hè. Ze blijft maar doorgaan. Ik heb het over José. Onze zolder staat er nu bijna vol mee. De schilderijen van José. Ze is wel heel erg productief de laatste maanden. Het ene na het andere schilderij komt uit haar creatieve handen. Ze gaat nu vooral aan de slag met aardekleuren. Een schilderij met een herfstbeeld, bij voorbeeld. Uiteraard laat ik ze weer even zien. Ze zijn nog niet klaar, maar José zet ze enkele weken op tafel of op de kast. Dan kan je er naar kijken. Ze ziet soms dan iets dat veranderd moet worden. Dan komt de verf weer op tafel, gaat de verfjas aan en gaat ze weer aan de slag. Maar afgelopen dinsdagmiddag even niet. Toen werd er door kleindochter Renée en Sebas geschilderd bij ons. José was een keertje Juf José in plaats van Oma. Ze had ’s Morgens de zaak al voorbereid. Dat wil zeggen, pannenkoeken gebakken. Die werden na het schilderen warm gemaakt. Met gebakken appeltjes erop of erbij, stroop en poedersuiker en sommigen met spek. Lekker voor een keertje.
In de ochtenduren is er zo nu en dan even tijd voor genealogisch onderzoek, maar ’s middags leg ik dat weer weg. Het is best een energieslurpende bezigheid. Ik zoek nu voornamelijk in franstalige bronnen. Maar het is wel erg leuk en het levert weer de nodige gegevens op.
Natuurlijk moet er ook gewerkt worden. Dinsdagavond stond er voor mij Langstraat-werk op het programma: rondetafelgesprek. Een gesprek over het mooie buitengebied van Geertruidenberg. Natuurgebied De Hillen wordt bedreigd. Op zo’n avond van de ‘Rondetafel’ wordt door de Raad samen met belangstellenden en belanghebbenden gepraat over een belangrijk onderwerp, zonder dat er besluiten worden genomen. Dit keer dus natuurbehoud. Die dinsdagavond was voor mij de opmaat voor een drukke periode. Op de donderdagen 24 oktober en 4 november is het de reguliere raadsvergadering en op maandag 7 november de lange begrotingsvergadering van de Raad. Dat wordt de avond van de bezuinigingsmaatregelen en extra verhoging van de onroerende zaakbelasting en een aantal gemeentelijke heffingen. Ik heb mijn pen geslepen en voldoende papier klaar om de verslagen en mijn bevindingen neer te pennen.
Terug naar José. Oma was ze woensdag weer, toen we de auto van Bram konden lenen. Anouk en Youri waren aan de beurt om een dagje mee te gaan met oma en opa, ik dus. De reis ging naar Ouwehands dierenpark, de Zoo op de Grebbeberg. Je weet wel, die van de panda’s maar van nog heel veel meer dieren, zo merkten we. Ook een zeeleeuwenshow en een grote binnenspeeltuin.
Donderdag en vrijdag werd er opgepast op Cas en Sem en vandaag kunnen we uitrusten. Over een drukke week gesproken. En dat noemen ze dan Herfst’vakantie’……
(Bron: familiearchief f. van son).








zaterdag 12 oktober 2019

Een aardig tijdverdrijf….


Ik moest donderdagmiddag naar het ziekenhuis. Een echo laten maken van mijn hart en vervolgens om kwart over vier een controlebezoek aan mijn cardioloog. Dat is een hele onderneming. Zoals gebruikelijk had ik de deeltaxi besteld. Ik had twee uur genoemd. Dat moet wel, want de deeltaxi kan een kwartier eerder of later komen dan het afgesproken tijdstip. Dit keer kwam het taxibusje precies op tijd. Plotseling. Want ondanks het feit dat ik bij de afspraak gemeld had, dat ik het op prijs zou stellen, als ik vlak voor de komst van de taxi inderdaad gebeld wilde worden, gebeurde dat weer niet.
We moesten eerst nog even iemand anders ophalen, zo liet de taxichauffeuse weten en wachtte met wegrijden tot ik mijn pasje had gegeven en de kosten enkele reis van 8 euro 10 had neergeteld. Nou ja, José betaalde die. Zij was speciaal die ochtend nog even een boodschap gaan doen, om voldoende klein geld in haar portemonnee te hebben.
We haalden nog iemand op in Raamsdonksveer en langs de A27 ging het met een flink vaartje op weg naar het Amphia. Molengracht, want dat moet je er altijd bijzeggen als je de taxi bestelt. Eerst werd die andere klant, een aardige wat oudere vrouw,  afgezet bij het Verbeeten Instituut. Dat doet me altijd weer denken aan mijn overleden zussen en de vader van José, die aan die vreselijke ziekte zijn overleden. Op daarna naar Amphia Molengracht.
Het wordt hoe langer hoe groter. De toegangshal en gang alleen al zijn geschikt om een honderd meter indoor in af te werken. We hadden nog wel even tijd om een kopje thee te drinken. Je wist immers niet hoe lang het allemaal zou gaan duren.
De moderne tijd heeft ook in Amphia toegeslagen. We moesten ons niet, zoals gebruikelijk, aanmelden bij een vriendelijke vrouw aan een balie, maar voor het eerst bij een ‘aanmeldzuil’: de streepjescode van de brief voor mijn onderzoek voor de lezer houden en vervolgens mijn geboortedatum ter controle intoetsen. Daarna konden we gaan zitten in een veel te kleine wachtruimte, zodat er mensen op de hoektafeltjes plaats moesten nemen.
Het onderzoek kende ik. Had ik al meer gehad. De hartechografiste (mooi woord voor scrabble) bleek een vrouw van een bekende, van zo’n 40 jaar geleden. Mijn naam deed bij haar een lampje branden. José ging mee de onderzoeksruimte in, zodat ze mijn hartecho kon volgen. Dat was mij niet gegeven, want je moet op je linkerzij gaan liggen en de monitor hing rechts.
Ruim op tijd konden we het halve ziekenhuis door van West 52 naar Zuid 44, de balie Cardiologie. Daarachter zat gelukkig nog steeds de vriendelijke, inmiddels bekende dame. Tot haar en mijn verbazing moest ik ook nog even een hartfilmpje laten maken. Weer in een onderoekskamertje mijn trui, bloes en hemd uit en plakkertjes op mijn buik. Daarna weer aankleden en naar wachtruimte 4. Ik moet zeggen, dat we ook daar niet zo lang hoefden te wachten.
De controle bij de cardiologe, dokter Wouters, verliep goed. Wij mogen haar wel. Ze wist nog dat onze dochter vrij onlangs getrouwd was, dat José de bruidsjurk had gemaakt en vroeg hoe het was geweest. Ik kon haar enkele foto’s laten zien. Ze was echt geïnteresseerd en José kreeg ook van haar complimentjes. Die kreeg ik ook, omdat ik er rustig uitzag. De uitslag van de hartecho bleek goed, evenals het hartfilmpje en de bloeddruk. Het bloedonderzoek, dat ik een week tevoren had laten doen, was ook in orde, op de nierfunctie na. Die was iets minder geworden. Geen reden voor extra zorg. De medicijnen bleven, zoals ik ze had en over een half jaar komt er weer een afspraak. Bij de balie kreeg ik het briefje alvast mee, waarmee ik een week tevoren weer bloed kan laten prikken. Nuchter, wel te verstaan. Dan wordt ook het cholesterol weer geprikt. Dat was een half jaar geleden al gedaan, zodat het de afgelopen keer niet nodig was.
Toen was het over half vijf. Wij naar een aanmeldzuil om de taxi-terug te bestellen. Het bleek lang wachten. Druk op de weg, het was immers al over vijven. We troffen een aardige taxichauffeuse. Je kan ook wel eens een chagrijn treffen namelijk. We reden naar huis via Teteringen. Te druk op de A27. We waren pas om half zeven thuis. Tijd voor een uitsmijter, want koken dat was niet nodig, vonden we. Toch een aardig tijdverdrijf, zo’n middagje ziekenhuis. En nog met een goede afloop ook. ’s Avonds heb ik nog een begrotingsartikel geschreven voor De Langstraat. José heeft aan dezelfde tafel geschilderd. Ook nog gezellig. Toen ik zo tegen tienen naar het Nederlands elftal keek, bleek dat uiteindelijk ook de drie punten te pakken.
(bron: familiearchief f. van son)