zaterdag 24 juni 2017

Hè hè ...............


Het was me het weekje wel. Wat een weer. Zo’n week heeft goede, maar ook minder leuke kanten. In Nederland is het altijd hollen of stilstaan, wat het weer betreft. Ik zou zeggen: kunnen we nou niet afpreken dat we overdag zo’n 24 of 25 graden nemen en dan ’s nachts afkoelen en een buitje. Dan kan je lekker slapen en overdag genieten. Iedereen tevreden. Maar nee. Het moet meteen enkele graden boven 30 graden celsius zijn. Geen wonder dat Cas woensdagochtend de pijp aan Maarten gaf. Figuurlijk gezien gelukkig. Oma José had dinsdagavond het grote zwembad al in de tuin gezet en gevuld met water. Woensdagochtend deed zij er in alle vroegte diverse emmers warm water bij, zodat Cas onder de parasol, uit de zon, heerlijk zou kunnen zwemmen. Misschien liet Youri ook zijn gezicht nog wel even zien; oma was er klaar voor. Ze willen met warm weer immers niet samen lachen op de traplift zoals enkele weken geleden, toen het koud was.
Maar toen ging woensdagochtend vroeg plotseling de telefoon.
Cas was niet lekker, had een beetje koorts en kon dus niet in het zwembad. De warmte had zijn tol geëist. Dus bleven de deuren dicht, gordijnen dicht, ramen dicht, de plafondventilator draait deze week al een paar dagen op volle toeren en ook de staande ventilator draaide zijn rondjes. Het was met andere woorden redelijk behaaglijk in de kamer.
Dat betekende niet, dat Cas lekker aan het spelen ging, zoals gewoonlijk. “Oma tillen” liet hij weten en hij had het niet breed. Voelde zich allerminst lekker. Zielig als je zo’n kleintje met een spierwit vertrokken gezichtje en doffe oogjes tegen oma aan ziet hangen.
Normaal wil hij ook bij opa, maar toen ik thuis kwam van school, bleef hij toch het liefste bij oma. Zo af en toe had hij een opleving en speelde kort met de auto’s om vervolgens weer terug naar oma te gaan met zijn handjes in de lucht, zodat ze hem kon optillen. Tegen de middag, toen hij met moeite een waterijsje had weggewerkt, huilde hij wat klagerig. Water of iets anders drinken wilde hij niet: “hoefe niet”. Aanvankelijk wilde hij ook zijn boterham niet. Maar dat veranderde toen ik favoriete kinderliedjes op mijn telefoon liet klinken. “Opa zitte, toep toep”, zo verbastert hij you tube. Hij vleide zich op mijn schoot en nam stukje na stukje brood en at zo uiteindelijk zijn hele boterham. Een beetje drinken, een heel klein beetje water, en toen wilde Casje wel “bedje boem”. Naar boven dus. En eenmaal in zijn bedje veranderde oma José vlug van verzorgster en oppasoma in Chefkok van Huize van Son en bereidde het avondeten, zo ver klaar als kon: een frisse maaltijdsalade, klaar om –zodra Cas wakker werd- , er weer voor hem te zijn. Ik ging tussendoor naar de fysio, zoals elke woensdag, maar de hitte die mij al enkele dagen echt parten speelt, voorkwam dat ik alle oefeningen kon doen.
Toen Cas uit zijn bedje kwam, werd het langzaam maar zeker beter. Hij kwam, na weer een ijsje -voor het broodnodige vocht-, langzaam maar zeker weer in zijn normale doen. De favoriete autootjes werden van stal gehaald en hij speelde na een tijdje weer als anders. Gelukkig maar.
Donderdagochtend had ik een uurtje surveillance in een bloedheet lokaal op school. En ’s middags reden José en ik lekker naar het mastbos in Breda, heerlijk zitten onder het verkoelende bladerdak van de oude bomen. ’s Avonds naar de gemeenteraad. Wat een vertoning zeg! Zal de warmte wek zijn geweest.
Ik beperk me in deze dagen tot het zo rustig mogelijk op mijn sta-op-stoel te zitten en ’s avonds te verhuizen naar de ligstoel in de achtertuin. Veel moet ik niet doen met dit weer. Dat maakt mijn lichaam me heel goed duidelijk. Volgende week schijnt het zo’n 25 graden te worden. Prima. Zouden ze dan eindelijk de weerafspraak begrijpen, die ik in de zomer graag met de weergoden wil maken? We zullen zien.
(Bron: familiearchief f.van son. Neefjes op de traplift, ‘toep toep’, Zomer 2017). 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten