zaterdag 20 februari 2021

Sporen uit het verleden...

Samen met onder andere Hans Vogels, ben ik al een tijdje op zoek naar de herkomst van de familie Bac. Zoals je misschien nog weet, zijn de Bac’s de verbindende schakel met vroeger, dat wil zeggen vóór 1100. Via de families Bac en Van Broechoven, kom ik langs de mannelijke kant bij Van Son uit. Henricus van Broechoven noemt zo omstreeks 1370 namelijk een van zijn zonen Johannes de Zonne naar zijn echtgenote Katharina Jan van Zonne, dochter van Johannes van Zonne, nazaat van de Bossche tak van Van Son. Sinds de zoon van Henric van Broechoven dragen alle nazaten de naam Van Son. Ja geschreven in alle verschijningsvormen, Van Son, de Zonne, de Sonne, van Zon. Dan is Van Son dus voortaan de geslachtsnaam.

Tot voor kort leek na mijn generatie in onze tak voortaan de vrouwelijke lijn gevolgd te gaan worden, maar zoals je weet, -als je deze blog volgt-, zal er in de loop van april bij onze oudste zoon en zijn vrouw een zoon worden geboren. Een stamhouder! De naam Van Son blijft dus bewaard in onze tak, nog afgezien van een vrouwelijke lid, dat ook nog de naam van Van Son nog gebruikt. De voorouders van Katharina Jan van Sonne, de vrouw van Henric van Broechoven dus, komt uit ’s Hertogenbosch. Uit een schepenfamilie. Zij zijn oorspronkelijk eigenaren van het goed "De Baest" bij Oostelbeers. We zitten dan op de grens van de elfde en twaalfde eeuw

Landgoed de Baest ligt in de gemeente Oirschot, tussen Tilburg en Eindhoven. Het is zo'n 500 hectare groot en bestaat uit bos, weiden en waterpartijen. Het hoofdhuis en diverse gerestaureerde bijgebouwen vormen samen een van oorsprong middeleeuwse nederzetting. Het Huis te Baest van nu dateert van begin 16e eeuw, is in de 18e eeuw aangepast en omgeven door een historische tuin. Maar ik dwaal af.

De herkomst van de familie Bac is mij eigenlijk nog steeds een doorn in het oog. Ik bedoel, dat ik nog steeds niet precies weet, waar zij vandaan komen. Ik weet dat Bac grootgrondbezitter was in de buurt van Westerlo. Ik weert dat een dochter van Van Tilburg met een Bac trouwde.

Net als in Tilburg, waar de Bacseweg nog ligt als zijstraat van de Abcovenseweg, herinnert ook in Westerlo, het Baksveld, zijstraat van de Merodedreef, aan de familie Bac. In het archief vond ik een 15e eeuwse rentmeestersrekening" over een 'Baxcijns'. Het enige wat ik tot dan toe wist, was dat er in 1175 een Bac van Olen is geweest. Olen is een klein plaatsje bij Westerlo. Ik wist ook, dat de abdij van Tongerlo (ook in de gemeente Westerlo) twee abten van onze voorouderlijke familie Bac heeft gekend én dat er tussen de Bacs en de abdij meerdere contacten en overdracht van bezittingen zijn geweest. In de inventaris van het oud gemeentearchief van Westerlo (1400-1797), dat bewaard wordt in het Rijksarchief Antwerpen-Beveren, wordt het Baxveld vermeld in 1699. De rijksarchivaris vond mijn aanname dat de daarin genoemde ‘Baxchijns’ afkomstig is van een vroege bezitter, alleszins aannemelijk. De goederen waarop de “Baxchijns” werd geheven, werden gerechtelijk uitgewonnen op iemand met de naam Back door de heer van Wezemaal, in de 13de eeuw.

De rentmeestersrekening behoort normaal gesproken tot het heerlijk domeinbeheer. In dit geval dus in het archief van de familie van de heren van Westerlo, en wel de familie Merode-Westerloo. Dat archief wordt bewaard in het Algemeen Rijksarchief te Brussel. Daar ligt ook het archief van de Brabantse Rekenkamer, met domeinrekeningen en dergelijke. Maar het zou België niet zijn, als het toch niet net iets anders ligt. Het cijnsboek van de heren van Wezemaal voor de periode 1400-1433 (inv. D148, nr. 1068) is via de Rekenkamer in het Oud Gemeentearchief van Westerlo verzeild geraakt. Die rentmeestersrekening leek me als bijbehorende illustratie wel aardig deze week.

Dit keer dus even geen nieuws over corona, wel of geen avondklok, viruswaanzin of viruswaarheid en over onze kleinkinderen.

Die laatstgenoemden komen nog bij van een heerlijke week van sneeuw- en ijspret. Heerlijk dat ze dat nog hebben mogen meemaken. Als je de milieufanaten mag geloven, is dat namelijk een van de laatste keren.

(Bron: familiearchief f. van son; Trophees tant..., Christophe Butkens, boek VI, blz.544); en werk van Bert Tops en de studie van wijlen Eduard Van Ermen).




 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten