Dit keer in
dit weekendbericht, na wat kleine weetjes, weer even een duik in de
familiegeschiedenis. Terug naar de zestiende eeuw..
Maar eerst
de tropische dagen in de tweede helft van de afgelopen week. Ik merkte goed,
dat ik mezelf in acht moet nemen. Geen inspanningen, zo merkte ik al tijdens de
fysio. Je aders gaan door hitte verder open staan en als je hart, dan al niet
zo enthousiast pompen kan, dan moet het extra hard werken en dat zuipt energie.
Ik heb vooral gisteren ’s morgens achter de computer gezeten om mijn artikelen
te maken na de Raad van donderdagavond. Maar dat is ook het enige. Eigenlijk
heb ik gewoon te weinig ruimte in het weekblad, merk ik. Ik moet bijna elke
week een keuze maken uit de onderwerpen. De eerste echte -en gelukkig korte-
hitteperiode is nu achter de rug en op wat momenten van onzekerheid op mijn
benen na, en wat lichte hoofdpijn zo nu en dan, ben ik er redelijk doorheen
gekomen. Kwestie van oefenen hoop ik, want de zomer moet nog komen. Dan te
weten dat het vroeger voor mij niet warm en zonnig genoeg kon zijn. Het is
helaas niet anders. Ik kan er wel mee leven.
Wat korte
weetjes dan maar:
Lidl
De Lidl is
toch een Duits bedrijf. We hadden daar voor de terugreis vanuit de Moezelstreek
een setje flessen ‘bubbelwater’ gekocht voor tijdens de terugreis in geval van
file of oponthoud. Die flessen waren leeg en toen een kleinzoon met een
vriendje om lege flessen kwam vragen voor éen goed doel’ (zij zelf), gaf oma
José die flessen mee. Een kwartje statiegeld stond erop. Enigszins
teleurgesteld kwamen ze na een tijdje terug. De Lidl wilde ze niet, “want het
stond in het Duits op het etiket”. Ze mochten de flessen er wel achterlaten….
Gelukkig had oma nog wat ’normale’ flessen die bij AH ingeleverd konden worden.
Werd het ‘goede doel’ toch nog gespekt.
Nieuwe
We haalden
voor José twee paar nieuwe schoenen. Ze was er echt aan toe. Ook bestelde ik
een nieuw paspoort. Weer een rib uit je lijf, daar tegenover tankten we meer
dan 40 cent per liter goedkoper bij onze zuiderburen en haalden we op
Pinksterzaterdag ook nog eens vis bij onze zeevis-visser in Willemstad. Voor
mij waren er toen meteen ook twee lekkere nieuwe haringen met uitjes. Daarvoor
kan je me ’s nachts wakker maken.
En dan in
dit weekendbericht nog de beloofde duik in het familieverleden.
Voorvader
Gerit in Gilze
Uit het
verpondingsregister Gilze blijkt dat ‘Geerd’ van Son hoofdbewoner was van een huis
in Gilze-Kerkhof (het centrum van het dorp) in 1724. Dan leeft hij in elk geval
dus nog in 1724 en moet dan al rond de zeventig zijn. Mijn voorouder die te
boek staat als Gerit Jansen van Son is volgens mij in Gilze geboren. Zijn vader
en moeder waren vertrokken uit Goirle. Het gezin is, –zo denk ik-, vóór de
geboorte van Gerit naar Gilze verhuisd. Als ik de archieven mag geloven en
waarom zou ik dat niet, dan zou de oudere zus van Gerit, Jenneken op 13
september 1648 nog in Goirle geboren zijn en zijn broer Jan ‘de jonge’ zou op 8
september 1652 in Gilze gedoopt zijn. Als het Doopregister klopt tenminste....
Wat weet
ik nog meer van Gerit Jan Jansen van Son. Hij moet in elk geval al op 22
december 1677 meerderjarig zijn. Dan handelt hij zelfstandig. Samen met zijn
broers Jan en Goyaert en de voogden van de minderjarige kinderen van zijn
overleden vader Jan en moeder Wouterken, verkoopt ij een aantal bezittingen in
Goirle. Dat zou erop kunnen wijzen dat zij hun Goirlese tijd nog niet zo ver
achter zich hebben en is Gerit dan misschien toch nog net in Goirle geboren en
wellicht, -gelet op de roerige tijd-, elders gedoopt.
We hebben
ook een beeld van het Gilze dat ons vooroudergezin aantrof bij hun verhuizing.
We weten dat Gilze in 1660 bestond uit wijken: "Hoelten met de hoeve van
de Heer van Breda en 29 huizen; den Rijen met 76 huizen; Hooch en Leech
Vossenberch met 15 huizen; Molenschot met 25 huizen; Haensbergen en Nerhoven
met 28 huizen en Verhoven 51 huizen.
Op het
moment van een akte van 13 maart 1685 zou Gerit al getrouwd kunnen zijn, want
in die akte komt ook een Gerit Gerit Brock voor. Dat zou best eens de vader van
Gerits vrouw Geertruij Gerit Brock kunnen zijn. Gerit trouwt namelijk met
Geertruij Geritsdochter Brockx. Mogelijk is dat al tussen 1680-1685. Ze namen
het bij het inschrijven van huwelijken en andere akten in die tijd kennelijk
niet zo nauw met namen, want bij de doopvermelding van haar zoon Wouter wordt
zij als moeder vermeld als ‘Gertrudis Gerardus Broek’. Die Geertruij is de
dochter van Gerit Brocx. We komen in onze familie ook een Allegenda Brocx
tegen, bij een zoon van Jan ‘de Oude’, de oudere broer van onze Gerit.
Allegenda is getrouwd met Wouter van Son. Aldegundis, Allegonda is dochter van
Jan Brokx (Brock). Is dat familie? Ik zocht het na en ja hoor. Enige generaties
terug blijken de beide ‘Brocken’ die met Van Sons zijn getrouwd, inderdaad
dezelfde voorouders te hebben gehad!
Terug naar
de ouders van de vrouw van onze Gerit. Dat zijn de bierbrouwer Gerardus Gerit
Brockx, gedoopt op 30 september 1618 in Alphen. Je mag best aannemen, dat hij
die dag ook geboren is. Want dopen gebeurde, -als het maar enigszins kon-, zo
snel mogelijk na de geboorte. Er mocht eens iets fout lopen. Maar hij kan ook
later gedoopt zijn in verband met de godsdienstonvrijheid. In zijn doopakte kan
ik lezen dat Jacobus Wilhelmi en Dymphna Theodori de doopgetuigen zijn. De moeder van Geertruy Brockx, de schoonmoeder
van Gerit van Son dus, die ken ik ook. Zij heet Dingena Robbrecht Claessen van
de Pas. Zij wordt genoemd op 19 januari 1677 in een vestbrief van Gilze en
Rijen, samen met Jan Brock. Geerit Geerits Brock en kind zijn samen met Dingena
Robbrecht Claessen van de Pas partij in een transport op dinsdag 19 januari
1677 in Gilze en Rijen. De tweede partij bij die transactie is Jan Janssen van
Son. Voldoende lijntjes tussen die twee families dus. In 1724 is
onze voorvader Gerit Janssen van Son nog in leven. Uit het
verpondingsregister van Gilze blijkt dat ‘Geerd’ toen hoofdbewoner was van een
huis in Gilze-Kerkhof in 1724, in het hart van het dorp toen.
Gerit is
overleden voor 27 november 1731 in Gilze. Op die dag wordt hij namelijk
begraven. Stoor je in akten niet aan de schrijfwijze van van Zon met een Z of S.
Dat zullen we meer tegenkomen.
(Bron:
familiearchief f. van son)