Vandaag over Robyn en
over service bij genealogisch onderzoek. Want Robyn kwam na lange tijd weer een
keertje bij oma José en mij spelen. Nu op zondagmiddag. En natuurlijk bleef ze
eten. Er werd geverfd en gespeeld met keukentje, trein en blokken. “Want jij
hebt zoveel speelgoed oma”, liet Robyn weten. Uiteraard bleef ze ook eten. Ze
mocht meehelpen met het maken van het pannenkoekenbeslag en na het eten was er
nog een ijsje. Ik heb maar weer wat fotootjes gemaakt. Weer een gezellige
middag dus.
En dan nog een beetje
genealogie deze week.
Zoals je weet, heb ik al
een tijdje geen eigen auto meer en de bus met overstappen is voor mij niet
weggelegd. Ik kan dus nog maar mondjesmaat naar een archief om voor mijn
genealogisch onderzoek antwoorden op vragen te vinden. Dat blijkt meestal niet
zo’n probleem in de praktijk. Dat dank ik aan die vriendelijke en vooral
behulpzame medewerkers van archieven, een abdij en heemkundekringen.
Ik heb er in de
afgelopen periode weer enkele staaltjes van echte service mogen meemaken. De
heer of mevrouw J.M. Rijkers van het Stadsarchief Breda reageerde in een mum
van tijd op mijn vraag over oude adressen. Wat is B-131 bij voorbeeld, als je
het met nu vergelijkt. Hij gaf niet enkel antwoord, dacht niet alleen duidelijk
mee, maar zocht ook nog -ongevraagd- zelf. Een stukje uit de mail die ik terug
kreeg: “Beste meneer van Son, Breda B131 is nu Ginnekenstraat 126.
Waarschijnlijk is het dus niet het nummer Breda B131 dat u zoekt maar B131 in
de gemeente Ginneken en Bavel. U kunt op onze site deze omnummeringen opzoeken
onder Collecties > Adresboeken, huis- en wijknummering. Ik heb even voor u
gezocht en kom op de volgende huisnummers: B131 in de voormalige gemeente
Ginneken en Bavel is in 1956 de Eikbergseweg 6. B71 (1880) is in 1957 Brigidastraat
14 geworden. B127 (1880) is in 1957 Bolbergseweg 5 geworden”.
En dat was niet de
enige hartverwarmende reactie die ik kreeg. Hans van der Zanden van de Bavelse
Heemkundekring Paulus van Daesdonck was eveneens bijzonder servicegevoelig. “Uw
oud-tante Kaatje woonde in het huisje dat momenteel het lokale parochiecentrum
is: Kloosterstraat 1.” Hij ging ook zelf op zoek naar een oude misdienaar om
over mijn oud-tante, die kosteres was, navraag te doen. Dat leverde een
karaktertrek van de oude kosteres op. “Wij hebben helaas geen bidprentje van
Kaatje”, zo liet hij weten. Toen ik hem mailde, dat ik ook de parochie had
aangeschreven om een digitaal prentje van de doopinschrijving, mailde hij me,
dat hij ook toevallig secretaris van de parochie was. Nog dezelfde dag was hij
in het doopregister op zoek gegaan, want ik vond een doopinschrijving van mijn oud-tante
in mijn mailbox. En ook uit de chatmogelijkheid bij het regionaal archief in
Tilburg, ben ik dankzij een medewerkster weer wijzer geworden. Heerlijk dat er
nog zulke mensen zijn, die er een genoegen in scheppen om anderen te helpen en
met hen mee te denken. Ik heb er meteen weer een aantal gegevens bij om mijn
familieverhaal zo compleet mogelijk te maken. Ze verdienen wat mij betreft een
lintje, maar daarvoor zijn ze meestal niet op uit. Hulde daarom aan Hans van
der Zanden van de Heemkundekring Paulus van Daesdonck uit Bavel en aan J.M.
Rijkers van het Stadsarchief Breda en chatmedewerksters van het regionaal
archief Tilburg. Overigens moet ik zeggen, dat ik in de afgelopen jaren
dezelfde vriendelijke servicegevoeligheid heb mogen ervaren bij de Heemkring
Alpaidis in Hoegaerden, de archivaris van de Abdij van Tongerlo en de mensen
van het informatiecentrum in het Belgische stadje Landen. Zouden mensen die met
ons erfgoed werken, dan toch een bepaalde roeping hebben? Ik ben er in elk
geval blij mee en dankbaar voor.
(Bron: familiearchief
f. van son ; stadsarchief Breda ; r.k. doopregister Bavel; Regionaal archief
Tilburg; Heemkundekring Paulus van Daesdonck, Bavel)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten