zaterdag 13 april 2024

Uit elk uur het beste halen….

Zaterdag moesten we vroeg uit de veren. Ik schreef het vorige week al. Om 9 uur in het holst van de nacht dus, speelde kleindochter Renée in Raamsdonksveer een uitwedstrijd met haar hockeyteam. Een succes, want het werd 0-5. En dan ook nog een speciaal doelpunt. Renée nam zelf de strafcorner en scoorde er uiteindelijk ook nog uit. Dat zie je niet veel. We gingen met de auto. Daarin ligt de rolstoel, want zo lang langs de lijn staan, zou me niet lukken. En dan heb ik het nog niet over de krachttoer die José weer moest uitvoeren om de rolstoel een lichte helling op te duwen. Ik erger me dat ik niets kan doen. Gelukkig was het al vroeg lekker weer, zodat we langs de lijn konden genieten. Het was zelfs zo goed weer, dat we besloten om onmiddellijk daarna; dat was zo tegen elven, naar ons favoriete bankje te gaan in de Biesbosch. Op fiets en scootmobiel natuurlijk. Thermoskan thee en boterhammen mee en op weg. Ook zondag togen we per fiets en scootmobiel genieten van het mooie weer. Jammer van de harde wind, maar met haar elektrische fiets doet dat José niets. ’s Avonds hadden we een etentje bij vrienden; twee culinaire kunstenaars. Het was erg gezellig en lekker. Het werd erg laat; te laat eigenlijk voor mij. Ik was volledige door mijn energie heen. Gelukkig was het gezellig en had ik nog dat prettige gevoel van ’s middags, toen Mathieu van der Poel Parijs-Roubaix op fenomenale wijze op zijn naam schreef. Gewoon genieten.

Schande

Tevoren waren we met fiets en scootmobiel naar de polder gereden, tussen Raamsdonksveer en Oosterhout. Wat een ellende. Vreselijk veel bomen gekapt bij ‘de Put’ en ellende bij de put van Caron. Het mooie beeld was volledig weg. Grond uitscheppen, vervolgens met “licht vervuilde grond” weer verontdiepen, zoals ze dat kennelijk noemen willen. Minder diep maken dus; opvullen. Dan een laagje schone grond eroverheen en je ziet er niks meer van. Schandalig.

En dan maandag begon weer als vanouds met “de jongens”, onze kleinzonen, die een boterham kwamen eten tussen de middag.  

Herinnering

Dinsdag was het 9 april, de verjaardag van mijn overleden broer. We reden naar zijn vrouw Dineke om onder het genot van een stuk zelfgebakken appeltaart terug te denken en te praten over hem en haar.

Rillen

Mijn interne kacheltje kan het kennelijk allemaal niet meer bolwerken. Woensdag op de middag reden we met fiets en scootmobiel naar de Biesbosch, naar ons bankje. Maar het was veel kouder dan van achter glas leek. Ik kwam er rillend aan en kon de ril niet kwijtraken, ook niet toen ik twee kopjes warme thee had gedronken. We besloten na een klein half uurtje maar weer naar huis te rijden. Normaal heb ik weinig last van kou en kan ik mijn lichaam snel weer opwarmen; dit keer had ik een denken nodig. De ouderdom komt met gebreken, zal ik maar zegen. In de loop van de middag zijn we per auto nog even weggeweest. Achter glas leek het toen zomer. De jas kon ik losritsen.

In de rug..

We hielden vrijdagmiddag de Biesbosch in de rug. ’s Morgens moest ik uiteraard mijn pagina afwerken, nadat ik zo rond middernacht doodmoe was teruggekomen van de Raadsvergadering. ’s Middags eerst lekker genieten van de zon. Deze keer langs de rivier de Donge, voorbij het halvezolenpad. We staken over via de stuw en dachten daarna het fietspad langs de Donge te kunnen volgen. Maar nee. Afgesloten tot eind mei. Dat betekende een toch door het agrarisch landschap pal tegen de wind in. Toch was het de moeite waard. En daarna zijn we nog met de auto naar de winkel voor schilderspullen in Breda gegaan. Naar Deva dus.

We zullen wel zien wat we vandaag doen. Ons is immers weer mooi weer beloofd. Van profiteren dus! Het wordt waarschijnlijk ons Biesboschbankje. Al het groen is voor ons fijn. Het geeft rust en je ziet telkens weer iets nieuws, zoals die hele familie zwanen in het veld en het water.

Even nagaan

Ik wil voor een bevriend genealoog nog even proberen om antwoord op een aantal vragen te geven. Hopelijk lukt het deze week nog.

(Bron: familiearchief f. van son). 










 

zaterdag 6 april 2024

Een 9,7 en dagje zee

ik begin dit weekendbericht met een nieuwtje, dat José en ik met blijdschap en vervangende trots vervulden. Dochter Meike belde ons woensdag trots en blij, dat zij de Opstap module onderwijs, met liefst een 9,7 had afgesloten. Geslaagd uiteraard. Hoger wordt niet gegeven, want er moet altijd ruimte voor verbetering blijven… Ze werkt op het Dongemond college, waar ik ook ooit, tot zo’n zeven jaar geleden, jaren werkte.

We hebben het deze week relatief wat rustiger gehouden. Op kaas halen en de Biesbosch met de auto na, valt alleen de woensdag op. We besloten naar zee te gaan. Zwaar bewolkt hier, maar we weten uit ervaring, dat het dan aan de kust heel goed kan meevallen. Op weg naar Westkapelle, want daar kan je met de auto op het meest westelijke puntje van Nederland komen; de westkaap. Op 10 meter vanaf de zee, zonder trappen lopen of door los duinzand met de krukken, want dat kan niet meer.

We hebben er een heerlijk kopje thermosflesthee gedronken, koesterden ons in het zonnetje dat verwoede pogingen deed door het wolkendek te dringen en ik heb even met de krukken op de stenen bij het strand gestaan. José is zelfs zowat naar de waterlijn gelopen, om mooie foto’s te kunnen maken.

Na een uurtje zijn we weer gaan genieten van onze vernuftige waterwerken, zoals de Oosterscheldekering. Dan naar Westenschouwen, want daar wisten we, dat we konden lunchen. Gezellig met zijn tweeën. En regen? Op 5 minuten na bij ons vertrek ’s morgens vanaf thuis, hebben we maar 1 bui gehad in Zeeland. Tien minuten stortregenen, terwijl we gezellig binnen lunchten. Uiteraard met vis. José een broodje zalm zonder sausjes en verdere poespas en ik een heerlijk bord met gebakken kabeljauwfilet. Met friet en groen. We hebben nog in de zon kunnen rijden, als we maar dicht bij de kust waren. Het was een heerlijke dag.

Over de terugtocht heb ik het maar even niet. We hadden Zierikzee een kwartiertje achter ons gelaten en toen begon het flink te regenen. En dat duurde totdat we thuis waren. Gelukkig was het op die route zelfs tijdens de spits niet al te druk. Die gezellige dag konden ze ons niet meer afpakken. Nu moeten we een dezer dagen nog even tanken in België. Voor vier dubbeltjes per liter rijd ik graag een stukje om, als we weer naar Meerseldreef gaan bij voorbeeld om een lekkere zak friet met tartaarsaus te halen. Ja… daar ben ik nu eenmaal gek op. En zo’n heerlijke nassibal. Zo’n ouderwetse, niet zo’n hedendaagse meelschijf zonder smaak, die ze nasischijf noemen. Voor vis of frietjes kan je me ’s nachts wakker maken.

Stamboom

En mijn genealogie, mijn familieonderzoek. Dat staat op een wat lager pitje. Ik beantwoord wel de mailtjes allemaal, maar ben nauwelijks verder gekomen dan pagina 430 bij het nakijken van mijn boek. Nog zo’n honderddertig pagina’s te gaan. Het verhaal is af, maar moet nog even gefatsoeneerd worden. Ik hoop dat ik dat kan afmaken.

Gezondheid

Op 1 april was het precies twintig jaar geleden, dat ik een open hart operatie onderging in de Klokkenberg. Dat voelde toen als een nieuw leven. Daar dacht ik ook aan op 1 april. Ik hoop door positief te zijn en fijne dingen te doen samen, mijn leven zo lang mogelijk te verlengen. Wie weet. Ik voel met moe en energieloos; de rolstoel ligt in de auto, want lopen gaat niet zo meer. Maar  leuke en gezellige dingen doen we zeker. Onkruid vergaat niet, zeggen ze wel eens. Daar houd ik me gewoon aan vast.

Vanochtend al vroeg begonnen. Renée moest in de buurt hockeyen en zo vond het leuk als oma en opa kwamen kijken. Doen dus...

(Bron: familiearchief f. van son)

 









zaterdag 30 maart 2024

Kousen stoppen...en 2 x verstopt

Als je vandaag de dag nog kousen zit te stoppen, dan zullen velen je op zijn minst wat meewarig aankijken. Kousen stoppen is uit de tijd. Hoezo recycling, duurzaam en tweede kans. Een gat in je sok en ze worden weggegooid.

Toch ging José als oma José op dinsdagochtend naar het ‘Fruithuisje’, het centrum voor erfgoedbescherming in onze woonplaats om mee te helpen met de klas van kleinzoon Cas. Zijn klas ging even terug in de tijd en José liet de kinderen zien hoe je vroeger sokken stopte. De kinderen genoten van alle oude dingen, zoals een spelletje met steentje die in de lucht gegooid moesten worden en weer opgevangen en nog veel meer. Leuk dat de school van onze kleintjes dit soort praktijklesjes als leuke attractie inplant.

Zaterdag kreeg ik zelf even een praktijklesje geschiedenis. Met de schilderclub van José bezochten wij het Stdlk Museum in Breda. Met de rolstoel, want meer dan enkele stappen lopen, lukt niet meer. Ik vond vooral de expositie van de Nassaus bijzonder goed ingericht en stijlvol ook. Ik heb zo mijn sluimerende informatie over Breda weer wat leven in kunnen blazen.

Verstopt

Nee, het gaat niet over paaseieren. De week begon niet zo leuk. De gootsteen in de keuken liep niet meer door. Dat betekent na een aantal eigen pogingen, dat we de professionele ontstopper toch maar even benaderd hebben. Een klein halfuurtje werk en José kon ruim 120 euro neertellen. Maar het probleem was gelukkig opgelost. ’s Middags reden we nog even naar de Biesbosch. Helaas niet met fiets en scootmobiel. Daarvoor was het echt te koud. Maar het blijft een mooi natuurgebied en zo lekker dicht bij huis.

We hadden ook nog een verjaardag te vieren deze week. Die van onze zoon. Eigenlijk is hij op eerste paasdag jarig, maar woensdag is zijn wekelijke vrije papadag, dus namen we de gelegenheid te baat om naar Vleuten te rijden. Zoonlief feliciteren en natuurlijk ook zijn vrouw en lekker weer een paar uurtjes doorgebracht met onze enthousiaste kleinzoon Sven. 

Oren

Donderdag hield ik me na de fysio bezig met een bezoekje aan de huisarts. Tenminste… een huisarts, want de hele praktijk was afwezig en werd waargenomen. Niet erg. Mijn gehoor is er slecht ineens. Misschien een afgesloten gehoorgang. In elk geval kon het nog niet worden opgelost. Ik mag dinsdag weer terugkomen nadat ik met grootmoeders middeltje lauwe slaolie heb gedruppeld. Verder op de donderdag bezig geweest om alle artikelen voor mijn wekelijkse pagina inclusief de foto’s af te werken. ’s Avonds keken we samen naar ‘the passion’. Dat betekende vrijdag vrij. José had nog wat kleine-maat-afsluitbare-zakjes nodig en een zwarte lijst 40x50 voor een van haar schilderijen. Dus het werd na Albert Heyn ook een bezoek aan Ikea. Dat is prettig, want daar hebben ze van die heerlijke bruine broodjes met plakken zalm, die je er zelf nog moet opleggen. Smullen dus. En daarna nog even een leuk tochtje met de auto, naar een plekje om de thermoskan thee een stuk leger te maken en het worstenbroodje te eten. Toen was de energie op. Aan het eind van de middag nog een nagekomen artikeltje gemaakt van de ‘eerste’ steen voor de sporthal en toen kon ik lekker andijviestamppot eten met een gehaktbal. José lust dat niet. Die name dus nog wat ‘kip hokkien’. 

Voor vandaag staan in elk geval op de agenda: vlees bij de slager halen; brood en de bestelling voor Pasen bij de bakker en ik denk ook nog even Albert Heyn. Voor het overige zie ik wel weer wat José misschien nog in petto heeft. Altijd leuk, gezellig samen op pad! Ik mag best van een drukke week spreken, vind ik.

(Bron: familiearchief f. van son).

 



zaterdag 23 maart 2024

Er op uit....

Inderdaad. We gingen er afgelopen week op uit. Veel met de fiets en scootmobiel naar ons favoriete bankje in de Biesbosch. Daar vinden José en ik de rust, die we zo hard nodig hebben. Het weer was er dan ook naar. Tot zelfs 18 graden toe op de woensdag. José maakt dan vooraf een thermoskan thee klaar en een paar boterhammetjes. Ze blijkt ook steeds weer voor een bakje fruit te hebben gezorgd, want in haar zorg en aandacht voor mij, is niets haar teveel. Eenmaal op ons bankje aangekomen; -dat blijkt na precies 12,1 kilometer te zijn-, rusten we uit en drinken een bakje thee. Ik merk dat ik sneller moe ben. De fiets en scootmobiel staan aan de kant. Nu is het nog erg rustig. Vrijwel niemand op het water. Het enige wat we horen zijn de vogels en af en toe het zoemen van de bandjes van een wielrenner, die langs ons bankje zoeft. Als het echt voorjaarsweer wordt en vaarseizoen, dan genieten we van langsvarende bootjes en van de voorbijrijdende fietsers, die vrijwel allemaal groeten. Als we dan een uurtje, of misschien twee gezeten hebben, dan rijden we weer naar huis. Daar rust José en ga ik even op de bank liggen, want ook op de scootmobiel rijden kost de nodige energie. Ik moet dan echt weer bijtanken. In de loop van de middag zette ik de tv op de Ronde van Catalonië. Interessante wedstrijd. Uiteraard laten niet alle toppers zich in dezelfde wedstrijd al zien. Eerste nog wat klassiekers, zoals de Ronde van Vlaanderen. Dan begint de Giro, ofwel ronde van Italië. Vaak is die wedstrijd interessanter dan de Tour, vind ik. Maar en hele middag kijken doe ik enkel bij de echte bergetappes. Op andere dagen zijn we vaak weg en kijk ik het laatste half uur of misschien druk ik wel op de knop ‘terugkijken’, als we later thuis zijn. Geen probleem. Zo fanatiek ben ik niet meer.

Schilderclub

Er moest ook nog getankt worden deze week, want vandaag moeten we met de schilderclub van José naar een museum in Breda. Weliswaar dichtbij en maar een halfuurtje rijden en daarna zoeken naar een parkeerplek. Maar het wordt voor José rolstoelduwen, ondanks haar gezwollen en pimpelpaarsgekleurde arm, na een val over onze kat. Ze kan het zegt ze, dus ga ik ook mee naar Breda, anders zou zij ook niet zijn meegegaan. Zo is ze ook wel weer.

Onze Juna Elynn

Donderdag was het weer 21 maart. Dat betekende dat zij weer nog meer terug dachten aan ons overleden kleindochter Juna Elynn. 21 maart 2018 was een erg verdrietige dag voor ons. Juna was het enige kleinkind, dat wij niet in onze armen konden houden. Zij blijft voor altijd in ons hart en zal altijd ons kleinkind blijven. Ik wordt telkens aan haar herinnerd, als ik onderweg of achter in de tuin een vlinder zie. Ik groet haar dan even. Blij, dat ik aan haar terugdenk, al huilt mijn hart. Op het internet brandt voor altijd een lichtje voor onze schat. Grote zus Robyn gaf een laatste kus op het mandje waarin haar zusje haar laatste reis begon. Ik ga straks voor je zorgen, meisje.

Honderd

Mijn moeder werd geboren op 19 maart 1924. Dat was afgelopen dinsdag precies honderd jaar geleden. Uiteraard heb ik er even bij stilgestaan. Zij heeft het niet gehaald; zij overleed op 22 mei 2015. Ik diepte een fotootje uit ons archief. Daarop staat ‘omi’ als zij voorleest aan haar eerst achterkleinkind Emma.

(Bron: familiearchief f.v.son)



 

zaterdag 16 maart 2024

Over weersinvloeden gesproken...

Heel kort: we maakten weer een paar gezellige uitstapjes dankzij het redelijke weer, compleet met zicht op ooievaarsnest. Ook voor het eerst met scootmobiel en elektrische fiets naar ons favoriete bankje in de Biesbosch. 12 kilometer heen en evenveel terug. Het weer was er dan ook naar, al was er wel behoorlijk wat wind.

Maar ik wil deze week eens even wat aandacht besteden aan het weer en ons klimaat. Het is waar. Het klimaat verandert. Maar dat is niet enkel van deze tijd. Wij kenden in ons land ooit -en nog niet zo bijster lang geleden- een ‘Kleine IJstijd’. Ook was het land waarop we nu wonen eens moeras en dan weer zowat snikhete woestijn.

Ik kan me mateloos irriteren aan die milieufanaten, die steeds dramatischer doen om ons hun wil op te leggen, omdat ons weer verandert. De natuur doet echt zelf wel wat nodig is tegen alle misbruik van ons mensen en heeft dat gedram niet nodig. Om maar te zwijgen van blokkeren van rijkswegen en andere onzinnige acties. De nitwits worden in een busje geladen en weer op vrije voeten gesteld. Wat een hobby! Wat kost zo’n wegblokkade wel niet; economisch gezien maar ook aan nodeloze politiekosten. Daar wordt ons milieu ook geen steek beter van. Ook niet van besmeuren van kunstwerken en je eraan vastplakken. Waar is je verstand! Wat nodig is, dat mensen en politiek echt willen veranderen en onze natuur meer met rust laten. Dat is wat nodig is.

Niet tegen

Nee, ik ben niet tegen milieumaatregelen of de noodzakelijke transitie; wél tegen alle mogelijk hypes, die later toch weer niet zo goed blijken voor ons milieu. Of gevolgen van milieugedoe, die we met al ons zogenaamde menselijke vernuft niet aankunnen; zoals overvolle elektriciteitsnetten. Geef maar gewoon toe dat in heel veel gevallen het vaak een kwestie is van ‘hoeveel levert het op aan geld’. Ook bij de politiek. Die houdt enkel van oeverloos praten, overleggen en wetjes maken die onuitvoerbaar blijken. Én het beste jongetje in de klas willen zijn.

Panelen

Wij dragen echt ons steentje zelf ook bij. Wij eten minder vlees; hebben zelf al jaren 10 zonnepanelen op dak en rijden in een hybride auto en op een elektrische fiets en dito scootmobiel en maken gebruik van een elektrische traplift. José scheidt prima alle afval; we letten op de temperatuur van onze verwarming en doen aan isolatie. Normaal nadenken over onze natuur helpt.

Maar laten we ook accepteren dat veel van de weersveranderingen ook onafwendbaar zijn. Het is een cyclus. Het is namelijk niet de eerste keer dat er grote veranderingen in ons klimaat optreden. Zeer koude, erg warme en natte en droge perioden wisselen elkaar al miljoenenjaren af. Ik pikte er één periode uit:

Kleine ijstijd

Mijn voorvader Anthonis van Son (geboren 1756), zijn vrouw en kinderen, hebben heel wat kou moeten lijden. Een koudeperiode die ook invloed heeft gehad op het verloop van de geschiedenis. Dat heeft het weer overigens vaker gehad.

Bekend is de inval van de Fransen onder leiding van Pichegru op 27 december 1794 over het ijs van de Maas bij Empel. Ze kwamen om de Patriotten in ons land te ondersteunen in hun strijd tegen de Prinsgezinden. In de veldslagen die daarop volgden, sneuvelden wel driehonderd Fransen, terwijl meer dan 50 op het ijs doodvroren. Nadat de Fransen over het ijs, ook zelfs de brede Waal konden oversteken, capituleerden op 18 januari 1795 de Staten van Utrecht en daarmee de hele republiek. Ons land was op weg naar Bataafse Republiek. Als je over het ijs de Maas en de Waal kan oversteken, dan heeft het toch wel een tijdje flink gevroren. De winters waren in die tijd over het algemeen zowieso kouder dan nu. De tijd tot zo ongeveer 1840 wordt ook wel de ’Kleine IJstijd’ genoemd. Daarop volgt in onze tijd nu kennelijk een subtropisch tijdvak, als we naar ons weer kijken. Door uitputting van de aarde dragen wij mensen daar zelf niet een steentje, maar zelfs een heel rotsblok aan bij. Maar we blijven massaal vliegen bij voorbeeld. ‘Moet kunnen’ noem ik sinds een jaar of tien de huidige maatschappelijke tendens.

Die strenge kou is nu weg. Er is nog maar sporadisch een Elfstedentocht. Ik heb er in mijn leven tot nu toe maar een stuk of vier of vijf meegemaakt. Ik denk dat de laatste voorlopig is verreden.

Even terug naar die ‘Kleine IJstijd’ met als voorbeeld de winter van 1762-1763. Het was tussen half december en eind januari extreem koud. In West--Europa bevroren meren en rivieren en het economische leven kwam tot stilstand omdat de scheepvaart (dat was het toenmalige vrachtverkeer!), niet meer mogelijk was. In Amsterdam waren honderden arrensleeën op de grachten te zien, maar ook werd een vrouw gevonden, die samen met drie kinderen was doodgevroren, zo melden bronnen. In de eerste maand van 1776 zakten de thermometers in Nederland steeds dieper. Op 28 januari om 3 uur gaven ze zelfs -20 graden Celsius. Er was nog geen centrale verwarming; dus het was bitter koud. In 1784 is er weer zo’n ouderwetse winter met veel sneeuw en ijs. En toen veranderde het klimaat ook.

Uitkramen

Een aantal jaren eerder, in 1775, ontstaat een stormvloed; het zijn “wateren der tuchtiging”, kraamden de predikanten als reden uit. Ze lijken wel milieufanaten van toen. Dat fanatieke godsdienstige gedoe. Waren het niet de Rooms Katholieke pastoors, dan waren het wel de Protestante voorgangers. En dan de ‘wetenschappers’, die we nu ook in de vorm van ‘experts’ in de praatprogramma’s bij bosjes zien. Aan het begin van 1774 rekenen astronomen uit dat planeten Mars en Mercurius zo dicht bij de aarde komen, dat ze die op 8 mei kunnen raken. Het veroorzaakt een golf van paniek: het einde der tijden lijkt nabij…….. In Franeker windt Eise Eisinga zich daarover op: het zijn volgens hem ‘baarlijke nonsens’: de mensen begrijpen niet hoe het zonnestelsel in elkaar zit. Het is voor hem aanleiding om zijn beroemde Planetarium te ontwerpen, nu nog een van de belangrijke Friese bezienswaardigheden in Franeker. In mijn jeugd bracht ik als medewerker van de -helaas verdwenen- Volkssterrenwacht Simon Stevin in Hoeven, een bezoek aan dat kunstige stukje mechaniek in het oude woonhuis van Eise Eisinga in die Friese stad. In een woord vernuftig!

Terug naar het weer. De zomer van 1779 was volgens bronnen warm en droog, maar dat was dan eigenlijk ook weer niet goed. Daardoor waren er slecht drinkwater, armetierige groenten en fruit. Er ontstond een epidemie van dysenterie, pokken en malaria, die in juli begon en in september een hoogtepunt bereikte. De overheid probeert de zieken te isoleren. Straten en markten moeten schoon zijn; ingewanden en aas van vis mogen niet in het water worden gegooid; vuilnis wordt vaker opgehaald; kermis en markt worden verboden. Er is geen geneesmiddel tegen, zo zeggen artsen, maar kwakzalvers doen uiteraard heel goede zaken.

Revolutie

Het weer heeft volgens Jan Buisman ook alles te maken met de Franse revolutie van 1789, naast natuurlijk politieke ontwikkelingen die aanleiding werden voor de volkswoede. De bestorming van de Bastille in Parijs en het uitroepen van de 14e juli tot nationale feestdag in Frankrijk, kwam ook doordat het volk geleden had onder de barre weersomstandigheden. De lente van 1788 was droog geweest; de oogst dreigde te mislukken. In juli volgde een verwoestende hagel en daarna een barre winter in 1789, die tot in maart voortduurde. De ‘Jaerboeken’ hadden in 1788 al gewaarschuwd: “de gisting, welke algemeen in de gemoederen plaats heeft, wordt zeer aangezet door de schaarsheid en duurte der graanen, van welken, gelyk het doorgaans gaat, de schuld dan op desen, dan op geenen geworpen wordt.” Zwarte pieten, dat kunnen wij ook lekker tegenwoordig.

Wateroverlast

En overstromen deed het toen ook. Wat heet. Ik heb het niet over de Ignatiusvloed of Beatrixvloed van 1953 of de Elisabethvloed in 1421. De grootste overstroming in de achttiende eeuw en misschien wel de ergste in Westeuropa ooit, was aan het begin van de achttiende eeuw, de Kerstvloed van 1717. In de periode tussen 1751 en 1800 waren er overigens liefst 9 overstromingen, die allemaal grote delen van ons land onder water zetten en leed en verwoesting veroorzaakten. Toch was, volgens tijdgenoten, die in staat waren rampen met elkaar te vergelijken, de stormvloed van 14 november 1775 nog erger. Het stormde, ‘maar de wind heeft maar korte tijd in de riskante noord-westhoek gezeten. Het water wordt bijzonder hoog, maar gelukkig staat de maan niet ongunstig. De rivieren staan weliswaar niet echt laag, maar ook niet abnormaal hoog’. Alle optimistische verwachtingen ten spijt, treft de stormvloed het hele kustgebied van Vlaanderen tot Noord-Duitsland. Overal lijdt men schade en op enkele plaatsen zijn de gevolgen verschrikkelijk. Vooral de Zuiderzee, waarvan in onze tijd nog slechts een klein stukje IJsselmeer over is, werd getroffen. Als gevolg van de vele overstromingen van rivieren was eindelijk, met horten en stoten overleg op gang gekomen over de verdeling van het Rijnwater. Eeuwenlang was de mentaliteit van de omwonenden geweest, dat een dijkdoorbraak bij de overburen betekende dat men zelf droge voeten hield. Langzaam drong het besef door, dat verdeling van het Rijnwater een zaak van algemeen belang was.

Eind januari 1790 loopt door ijsverstopping op de grote rivieren het water over de dijken bij Nijmegen. Een paar jaar eerder, in juni 1783, klaagden de mensen over ‘kwalijke dampen’ en dat bleek terecht. Die dampen werden veroorzaakt door de uitbarsting van de IJslandse vulkaan Laki. Op 8 juni dat jaar stroomde daar onder oorverdovend lawaai lava naar buiten; naar schatting zo’n 14 vierkante kilometer. Als gevolg van de vulkaanuitbarsting dreef schadelijke nevel ook over West-Europa. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken, dat die weersextremen en veranderingen in die 18e eeuw het gevolg waren van mensen handelen….

fake ook toen

We hebben het in onze tijd wel eens over ‘fake’ nieuws. Maar dat blijkt van alle tijden. In bronnen in de late Middeleeuwen werd ook kennelijk al aan ‘fake nieuws’ gedaan. Zo vond ik een nepbericht over het weer: een melding over de ‘Allerheiligenvloed van 1470’. Maar die vloed is er nooit geweest... De vermelding is te vinden in het boek over Dordrecht uit 1666 van Jacob van Oudenhoven. Een voorbeeld van nepnieuws uit de zeventiende eeuw.

Wat wij meemaken aan droge hete zomers en bijna geen winter; enkele maanden van regen na elkaar, is niks nieuws.

Zo zijn er tijdvakken van droogte, hitte en ijs geweest, waaronder ook de bewoners in ons land al honderden eeuwen uiteindelijk door gingen met leven. Ik denk na en neem veranderingen serieus, maar kan die drammende milieu- en klimaatkenners met hun hype-gewauwel missen als kiespijn. Ook anno 2024. Stop woorden, begin met daden.

(Bronnen: ‘Duizend jaar weer, wind en water in de Lage Landen’, Jan Buisman in https://historiek.net/angstaanjagend-weer-in-de-18e-eeuw/49348/. ; Nepnieuws. https://historiek.net/duizend-jaar-weer-wind-en-water-in-de-lage-landen-is-nog-lang-niet-af/54976/;  https://vandaagindegeschiedenis.nl/18-januari/ ; Arresleden in 1763 in Amsterdam (tekening van H.Schoute), https://historiek.net/angstaanjagend-weer-in-de-18e-eeuw/49348/).






 

zaterdag 9 maart 2024

Het kan verkeren….

Het kan verkeren. Volgens de overlevering zei Bredero dat al in zijn tijd. Dat kan het nu nog steeds. Vorige week toch wat positief bericht bij de cardioloog, maar maandagochtend zat ik in het ziekenhuis voor een longfoto. Vanaf vrijdag en in het weekend had ik veel moeite met ademhaling en ik hoestte erg veel. Ik was ook beroerd en ging enkele avonden tussen half zeven en half acht al naar bed. Toch maar even naar de huisarts. Die stuurde me na een vingerprikje waaruit geen hoge ontstekingswaarden bleken, naar het ziekenhuis voor een longfoto. Uiteraard ook met het oog op wat mijn broer onlangs overkwam… En natuurlijk bleek ook uit die longfoto gelukkig niks. Niets veranderd sinds 2022 toen ook al eens zo’n foto werd genomen en daarop was niets veranderd sinds 2015. Dat is pas stabiel zijn dus! Ik kreeg een middeltje tegen het hoesten en knapte heel snel op gelukkig. Ben nog wel wat moe, maar even in het zonnetje met jas aan op een terrasje voor het eerst dit jaar, doet wonderen. Pas op, want als ik naar de zon kijk, dan wordt ik al bruin. Straks wordt ik als ‘veiligelander’  het land uitgestuurd, omdat ik geen asielpapieren kan tonen. Het zou niet voor het eerst zijn, dat mijn broer of ik als ‘buitenlander’ zijn versleten. We krabbelen ook nu maar weer op en hopen op zon en een klein beetje hogere temperaturen, om op de fiets en scootmobiel te kruipen naar ons favoriete bankje in de Biesbosch. Als we tenminste de keizersveerse brug nog over kunnen...

Knap hoor!

Cas kwam zijn rapport aan oma en opa laten zien en Sem zijn mooie schoolmap. Wat hebben zij goed hun best gedaan zeg. Bijna allemaal goed of ruim voldoende. Belangrijk is dat zij hun best doen en dat hebben ze gedaan.  Cas is volgens de aantekening op zijn rapport een rustige, jongen en behulpzaam voor anderen. Hij zit daarbij niet meteen op een bedankje te wachten. Sociaal dus en dat zien opa en oma graag, want in onze maatschappij van tegenwoordig schort het daar nog al eens aan.

Zon

Het was lekker zonnig, al trokken in de loop van de middag de wolken wel af en toe voor de zon. We konden in elk geval een terrasje pikken, dit keer dicht bij huis in Meerseldreef. Buiten op een bankje zitten in de Biesbosch in Werkendam was nog wat te fris, dus dronken we in de auto ons kopje thee uit de thermosfles. Het wordt steeds aantrekkelijker. Je bent minder stram en licht en zon stimuleren ook je fitheid, heb ik het gevoel. Tussendoor goed rust nemen, prima eten zoals altijd, mijn dagelijks portie fruit en luisteren naar mijn lichaam. Ik mag niet klagen momenteel.

Pagina

Ik kan gelukkig nog elke week in ons weekblad De Langstraat, mijn vaste pagina schrijven over bestuur en politiek in onze gemeente, - de ene keer wat gemakkelijk dan de andere keer-, Ik heb daar plezier in en bezoek ook de gemeenteraadsvergadering als het kan. Ik merk wel, dat -hoe later het op zo’n vergaderavond wordt-, hoe vermoeider ik wordt. Ikk had daar nooit last van. De bedoeling is om dat zo lang als het maar kan, wekelijks nog te doen. Je moet bezig blijven. Van op de bank hangen schiet je niks op. En leuke dingen doen met José, als zijn het de kleinste dingen zoals een ritje naar Willemstad en daar gelijk een lekkerbekje en harinkje meenemen. We hebben het eigenlijk best goed samen. We werken er samen erg hard aan om dat vol te houden.

(Bron: familiearchief f. van son).

 




zaterdag 2 maart 2024

Ons eigen familiewapen

Ik heb je al aangekondigd, dat we het deze week even gaan hebben over ons eigen, historisch verantwoord familiewapen. Op de site van het CBG (Centraal bureau voor genealogie) kan je ons eigen wapen inmiddels bewonderen. (https://cbgfamiliewapens.nl/zoeken?view=detail&id=19d54303-a2eb-a520-fa8d-e2901c3d3419).

Je kan dan meteen ook lezen, dat het familiewapen van mij geldt voor al mijn nakomelingen. Het wapen is ontworpen, getekend en digitaal nabewerkt door Aug. J. C. van Breugel in samenwerking met de met mij. Je ziet erbij staan, dat ik afstam van Jan Janssen van Son, ‘de Jonge’, broer van Simon Jan Jacob van Son, grootvader van Symon Wilborts van Son, eigenaar van herberg de ‘Drie Entvogels’ te Dongen en die een gelijk wapen voerde, maar in het schildhoofd drie eenden. Ik stam uit het tweede huwelijk van Jan Jacobsz. ‘de Jonge’ van Son met Elisabeth N.N. Het gebruik van de leeuw door deze jongere linie grijpt terug op wapenvoerende voorouders uit het geslacht Bac van Broechoven. Zo luidt zowat de officiële tekst bij het wapen.

Speciaal

Er zit een aantal speciale eigen tintjes in het wapen verwerkt. Zo zijn er vijf stralen van de zon, die onze vijf kinderen moeten verbeelden. De vijf punten rond de zon met daarin de Brabantse leeuwenkop verbeelden onze schoonkinderen. Het rood en zilver in het wapen en in de wrong van de getraliede helm is afkomstig van de familie Bac en het blauw en zilver van de familie Van Broechoven, onze voorouders. De zilveren leeuw in het rode schildhoofd komt van de Brabantse familie Bac. De getraliede helm met wrong is de oudst gebruikte helm. Die wil aangeven, dat het verhaal van onze familie vele eeuwen teruggaat.

Beschrijven

Een wapen moet beschreven worden. Wel, voor ons familiewapen geldt:

Wapen: golvend gedwarsbalkt van zes stukken, zilver en blauw, en in een rood schildhoofd een gaande zilveren leeuw.

Helmteken: een rode zon met vijf lange flikkerende, en vijf korte driehoekige stralen, beladen met een zilveren leeuwenkop.                                           

Dekkleden: rechts, rood gevoerd van zilver; links blauw gevoerd van zilver. Ik ben er blij mee. Je begrijpt, dat wij het wapen al in een lijstje aan de muur hebben.

Postel

Ik ben behoorlijk verkouden. Voel me deze week dan ook allerminst op mijn gemak. We hebben dinsdag geprobeerd een rustgevend ritje door de bossen te maken. Tussenstop was de Abdij van Postel en meer precies het gasthof De Beiaard. Wij hebben daar diverse keren op het terras van de zon genoten, maar nu was het daarvoor nog te koud. Binnen was het gezellig en warm en onze kop koffie hebben we ons goed laten smaken. Ook nog een kleinigheidje gegeten en daarna weer naar huis. Maar ik ben al snel moe zo moet ik zeggen en het duurt langer, voor ik weer echt fit ben.

 Toedeloe…..

Toedeloe, ik ga naar de flamingo’s toe. Met een leuke tekst op de vanzelfsprekende traktatie, waarop Luuk zelf prijkt met een gitaartje, heeft hij afscheid genomen van de babygroep. Hij gaat nu naar de peuters/ kleuters, beter bekend als ‘de Flamingo’s. Kleintjes worden groot! Weer nieuwe juffies en andere kinderen. Eerst even de kat uit de boom kijken hoor Luuk.

Kwetsbaar stabiel

Zo omschreef de cardioloog mijn gezondheidssituatie tijdens het controlebezoek donderdagmiddag. Ze liet voorzichtig weten, dat mijn hart zelfs -zo blijkt uit het bloedbeeld- ietsje verbeterd was, maar het blijft kwetsbaar. We hebben toch een appelflat gegeten in het ziekenhuisrestaurant op dat toch wel goede bericht. We gaan samen stug door! Volhouden is ons devies en hopen en vertrouwen.

(Bron: familiearchief f. van son).