We hebben voorlopig weer
een streep kunnen zetten onder de knieperikelen van José. Een scheurtje in de
meniscus en slijtage. Maar geen reden om er iets tegen te doen, zo zei de orthopeed.
Pas als de knie steeds op slot zou gaan, dan zou het reden kunnen zijn voor een
kijkoperatie. Ze zou een beetje voorzichtig moeten opstarten. Maar voor Oma
José komt dat neer op weer alles doen: oppassen op Cas en Sem op de woensdag. Dinsdagavond
weer naar de schilderclub. Vrijdag kwam Robyn weer een dagje, samen met oma
cakejes te bakken en zelf met poppen spelen. Vandaag komen Anouk en Youri een
nachtje logeren. Zondag komen Tommy en Nienke. De week is dus meteen ook weer
goed gevuld.
Naast artikelen voor
de Langstraat heb ik deze week bij pijlen gericht op Karel de Grote.
Interessante figuur. Hij werd op 2 april 748 geboren in Ingelheim bij Mainz. Hij
was erg machtig, opperbevelhebber, hoogste rechter en hij liet zijn mening
gelden, als het aankwam op bij voorbeeld benoemen van bisschoppen. Zijn wil was wet. Hij was koning, keizer,
staatshervormer, verspreider van het christelijke geloof. Ook hervormde hij het
onderwijs en hij staat bekend als militair genie. Wat ik vooral interessant
vond, was de beschrijving door zijn biograaf Einhard. Karel deed zijn
naam eer aan. Hij was erg lang voor zijn tijd. Onderzoek van skeletresten toonde
aan dat hij zo’n 1.84 m. moet zijn geweest. Einhard liet een uitgebreide
persoonsbeschrijving van Karel na: "Hij was van lichaam groot en krachtig,
van gestalte buitengewoon (groot), die toch de normale (verhoudingen) niet
overschreed - want zijn lengte is geweten zeven (keer) de afmeting van zijn
voeten te zijn geweest -, de top van zijn hoofd rond, ogen buitengewoon groot
en levendig, neus een weinig het middelgrote overstijgend, mooi grijs haar,
vrolijk en opgewekt van gelaat. Aldus verwierf hij door zijn uiterlijk meer
autoriteit en waardigheid zowel staand als zittend; hoewel zijn nek dik en kort
(was) en men zijn vooruitstekende buik kon zien, werd dit door de
gelijkmatigheid van zijn overige lichaamsdelen verhuld. Zijn manier van lopen
was zeker en heel zijn uiterlijk was mannelijk; zijn stem inderdaad helder,
maar dit was minder dan men (op basis van) zijn lichaamsbouw zou
verwachten", tot zo ver Einhard. Misschien niet objectief, maar toch... Karel
leed vermoedelijk aan reuma. Daarom heb ik me afgevraagd, of hij zich misschien
in Aken vestigde, omdat daar al sinds de Romeinse tijd geneeskrachtige bronnen zijn.
Karel overleed op 28 januari 814 na een kort ziekbed, aan een longontsteking.
Hij werd in keizerlijke kleding op een zetel in de crypte van de Dom van Aken
ingemetseld. Zijn stoffelijke resten liggen nu in de ‘Karelschrijn’ achter op
het priesterkoor in de Dom van Aken. Karel spreekt nog altijd tot de
verbeelding. Dat merkte ik, toen wij in Aken de Dom bezochten. In 1988 werden
94 botfragmenten van Karel geïnventariseerd en beschreven. Men ontdekte toen verkalking
van de knie- en enkelgewrichten. In januari 2014 werd door dr. Frank Rühli van
de Universiteit van Zurich, een dijbeen onderzocht met röntgenstralen en
CT-scans, samen met de Frankfurtse antropoloog Joachim Schleifring, die het
onderzoek van 1988 had geleid. Onderzoekers hebben goede argumenten om aan te
nemen dat de stoffelijke resten echt van Karel zouden kunnen zijn: het gaat om
een lange gestalte; om botten van één persoon en er is sprake van knie- en van
enkelletsel, waardoor Karel mank liep. Karel
nam het niet zo nauw. Hij had 4 echtgenotes, 6 concubines en talloze kinderen.
Had hij nog wel tijd om te regeren, zou je je kunnen afvragen. Voor ons
familieverhaal is één van zijn echtgenotes belangrijk, zijn derde vrouw,
Hildegard van Vinzgau, dochter van Gerold, de hertog van de Alamannen en
Frankische graaf en Imma van Alemanië. Karel wilde zo graag met haar trouwen,
dat hij zijn vrouw van dat moment ‘gewoon’ verstootte... Hildegard van Vinzgau
en Karel kregen samen diverse kinderen. Voor ons is de derde zoon Lodewijk belangrijk.
Oh ja. Karel stierf op vrijdag 28 januari 814. Hildegard was al eerder, op 30
april 783 overleden in het kraambed van een van haar kinderen.
Ik wacht nu al op die
onbenullen in ons land, die ook deze bekende uit onze geschiedenis weer van
zijn voetstuk willen halen, met hun aanhoudende geneuzel. Ik zou ze willen
zeggen: zoek een leuke hobby; stelletje kleuters! De Efteling moet voor die
sukkels zelfs kroeshaar uit afrikaanse poppen halen. Net alsof Afrikanen geen
kroeshaar zouden hebben. Waar je je allemaal druk over kan maken...
(Bron: familiearchief
f. van son; Les Ancêtres de Charlemagne van Christiaan Settipani en zijn boek
La Préhistoire des Capetiens, Tome I.; Einhard, Vita Karoli Magni blz.2. (http://www.thelatinlibrary.com/ein.html#2;
Annales Fuldenses 814 (= G.H. Pertz (ed.), Monumenta Germaniae Historica,
Scriptores, I, Hannover, 1826, blz.356); Annales Marbacenses, blz.18; Andreas
van Bergamo, Chronicon of Historia, blz.224; Annales Xantenses, a. 814,
blz.4-5; Annales Hildesheimenses 46, blz.15; Bernoldi Chronicon, a. 814,
blz.419; Herimanni Augiensis chronicon, a. 814, blz.103); Vita Karoli Magni
blz.4) (http://www.thelatinlibrary.com/ein.html#4;
Einhard, Vita Karoli Magni blz.22). (http://www.thelatinlibrary.com/ein.html#22);
Frank J. Rühli, Bernhard Blümich and Maciej Henneberg 'Charlemagne was very
tall, but not robust'. In Economics and
Human Biology 2010, vol 8, pp. 289 -290); Joachim H. Schleifring "In
diesem Grab ruht Karl.". Rekognoszierung der Gebeine Karls der Grossen in
Aachen. in: Das Rheinische Landesmuseum, Bonn. Berichte aus der Arbeit des
Museums 1989/6; Werner Tschacher Karl der Grosse: Aachens dienstbare Leiche.
in: Die dienstbare Leiche. Der tote Körper als medizinische, soziokulturel-le
und ökonomische Ressource. Studien des Aachener Kompetenzzentrums für
Wissenschaftsgeschichte. Vol 5, p. 29 -35. Kassel University Press 2010).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten