Ja hoor, nog een paar nachtjes slapen en het is weer zo ver. Het Carnaval staat voor de deur. Dat merk ik aan alles. Op school, maar ook thuis. En afgelopen woensdag las ik ook al een bericht over een overval op een videotheek in Raamsdonksveer. De daders droegen carnavalsmaskers. Het moet niet gekker worden…..
Op school worden de leerlingen langzaam maar zeker veel drukker dan normaal. Onderwerpen van gesprek tussen leerlingen zijn het afbouwen van wagens en het antwoord op de vragen waar ze, wanneer, naartoe gaan. Er is nog maar een enkele leerling die meer uitkijkt naar skiën of om op een andere manier het feestgedruis te ontvluchten.
In de krant en in de weekbladen zie ik al weken weer in toenemende mate de carnavaleske teksten en foto’s. Ook zal er vooral in de komende week nog veel werk aan de winkel zijn in en bij de horecazaken, schat ik zo in. Er moet voorraad worden aangevuld met carnavalsbier, dat –in de volksmond- een stuk slapper is dan ‘normaal’ bier; ramen worden gebarricadeerd en meubilair elders opgeslagen. De lijsten met extra tappers worden nog eens gecontroleerd. Kortom, stilte voor de storm.
Bij ons thuis waart het Carnaval ook al zo’n beetje rond. Dat komt vooral omdat de kinderen en kleinkinderen het te berde brengen. Zo nu en dan krijgt José het vriendelijke verzoek van de kinderen om nog even achter de naaimachine te kruipen om carnavalskleding te maken of te vermaken. En aangezien José vrijwel nooit nee zegt…. Toch is voor José en mij Carnaval iets uit het verleden vooral. Toen ik als journalist in de dorpen verslagen maakte over de optochten en ander feestgedruis. Ook was ik in mijn journalistentijd nog jurylid bij het sauwelen of tonpraoten in Oosterhout bij voorbeeld. José ging met haar vriendin in 1969 al naar Carnaval. Ze kende mij toen nog niet eens. Er is een jaar geweest, 1989, dat José carnavalsbrood bakte. Allemaal op gevoelige plaat vastgelegd, waardoor ik ze bij dit weekendbericht ook aan jou kan laten zien.
Ik vond in het familiearchief ook een foto van mijn moeder samen met haar kleinkinderen Inge, Meike, Tommy en Pieter. Kleine Elke was er nog niet eens. Dus de foto moet vóór 1992 dateren. Terugdenkend zie ik ons vroeger met de kinderen uit Oisterwijk op de fiets naar Oma gaan om daar de Oosterhoutse, -pardon Kaaiendonkse-, optocht te bekijken. Ook waren we jaarlijks in Kielegat Breda te vinden. Tegenwoordig wordt vooral Oma José zo nu en dan gevraagd om mee te gaan naar de een of andere optocht. Zo kwamen we in Made om Bram als devote pater mee te maken. Ronald komt uit een van de carnavalsmekka’s in Brabant, ’s-Hertogenbosch. Natuurlijk moet ik zeggen Oeteldonk. Hij heeft Meike uiteraard aangestoken. Maar dat wil niet zeggen dat alleen Anouk en Youri in carnavalskleding worden gehuld. Ook Emma en Renée in Made en Cas in Raamsdonksveer, zo jong als hij is en ook Joël, Daan en Robyn in Oosterhout moeten er aan geloven.
Voor het volgende week zo ver is, staat vandaag de open dag van het Dongemond college nog op het programma. Traditioneel een dag die veel energie van mij vergt. Maar wel leuk!
Wat de Carnaval betreft: ik wens iedereen die graag carnaval ondergaat, veel plezier. Carnaval vier je immers niet, daarin dompel je jezelf onder. Maak er geen ‘rotzooitje’ van. Oh ja. Ik zou het haast vergeten. Carnaval heeft nu een leuk neveneffect voor mij. Een weekje vakantie. Kan ik weer lekker aan mijn hobby werken!
(Bron: familiearchief f.v.son: carnaval; José 1969; José 1989; Oma met kleinkinderen; en van enkele jaren geleden: Bram, zijn dochters Emma en Renée; Anouk en Meike; Daan).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten