Maar voordat het zo ver was, komt 5 oktober 1978. Mijn zus Lieke was al enige maanden ziek. Ook zij had die vreselijke ziekte waartegen geen kruid gewassen lijkt. Op 5 oktober stierf zij, slechts 25 jaar jong, in haar huis in Oosterhout. Nadat wij op 4 februari 1972 papa hadden verloren, moesten we nu een zus afgeven. Veel te jong. Waarom zij? Ik heb het nooit kunnen begrijpen, laat staan accepteren.
Het lijkt een ‘dooddoener’, maar gelukkig gaat het leven door. Dat bleek wel aan in het voorjaar van 1979. José bleek weer in verwachting. Aan het einde van de maand november zou ons tweede kindje worden geboren. We moesten er tot 22 november op wachten.
Toen kwam Meike. Zij werd thuis geboren in Oosterhout. We waren inmiddels verhuisd naar een hoekhuis aan de Vreeburg. Alles leek mooi. Maar na vijftien dagen leken wij haar kwijt te raken, zo jong en hulpeloos als zij was. Ik kan het me nog herinneren als de dag van gisteren. Ik was als journalist en die avond in Made ‘bij Segeren’. Er was een bijeenkomst, die ik voor de krant bezocht. Ik kreeg er telefoon. Niet per mobiel. Die was er gewoon nog niet. “Meike was met spoed naar het ziekenhuis gebracht”, zo liet een buurvrouw mij weten. José had haar in haar bedje gevonden. lijkbleek en haar pupillen waren weg. Voeding bleek teruggelopen in haar slokdarm en van daaruit had die zich opgehoopt in haar luchtpijp en longetjes. Doordat José haar snel met een schok uit bed had gehaald, had zij weer even voldoende zuurstof. De gealarmeerde huisarts bracht haar met zijn auto rijdend over de stoepen naar het ziekenhuis dat gelukkig dicht in de buurt lag. Daar werden de longetjes –laten we zeggen- leeggepompt. Maar Meike moest blijven.
Ik ging zo snel als ik maar kon met mijn auto terug naar huis en rijdend over de Strijenstraat in Oosterhout zag ik in de verte José aan komen lopen. Ze had enkel een dekentje op haar arm. Waar was Meike? Mijn hart stond stil…
Gelukkig was ons meisje er nog. We gingen samen weer terug naar het ziekenhuis. Ik wilde het zelf zien. Daar lag zij. Op de special care. Een zielig hoopje mens. We gingen natuurlijk elke dag naar het ziekenhuis. Moesten ons steeds goed ontsmetten, en een hagelwittejas aan voordat we bij haar mochten. Naar haar mochten kijken in het begin. Wat was ze klein en zo kwestbaar.
De Kerst en Oud en Nieuw waren toen niet zoals gewoonlijk. We misten iemand die erbij had moeten zijn. Zij hoorde bij ons en niet alleen in het ziekenhuisbedje. Eindelijk op 5 januari mocht zij weer mee naar huis. We waren weer compleet. Het geluk was terug maar we waren wel onzeker geworden. Meer dan tevoren gingen we een kijkje nemen of alles goed was, als zij in haar bedje lag. De babyfoon maakte overuren. Gelukkig kwam alles in orde.
(bron: familiearchief f.v.son: Lieke, overleden in 1978; Geboortekaartje Meike, Meike in ziekenhuis, kleuter Meike).
Lieke van Son |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten