Niet meer dat echt NAC-stadion dat ik
me van vroeger kon herinneren. Met die overdekte staantribune aan de
Beatrixstraat, op een boogscheut afstand van waar wij toen woonden. Dát was een
stadion. Daar vierde NAC, nog hoogtijdagen. Compleet met NAC-kwartierke en
later het ‘avondje NAC’. Toen kwamen AJAX en FEIJENOORD nog met enigszins
knikkende knieën naar Breda om en diverse malen zonder punten en met de staart
tussen de bene weer te vertrekken. Dat waren nog eens tijden. Passie van
NAC-spelers-in-hart-en-nieren; niet die broodspelende huurlingen die er nu al te
veel rondlopen. Veel spelers die ik heb zien acteren, vertrokken naar grote
clubs. NAC telde echt mee. Op dit moment is NAC zo nu en dan het lachertje met
meer en meer morrende supporters, die toch over het algemeen als hondstrouw te
boek staan. Ook ik baal van die onnodige
verliespartijen; van het gebrek aan passie en geloof in eigen kunnen; van het
feit dat ze op deze manier voorlopig niet terug zullen keren in de eredivisie.
Gelukkig laat ik er mijn weekenden niet meer helemaal door verpesten. Er zijn
zo veel andere redenen om blij en gelukkig mee te zijn.... Hoe het komt dat ik voor NAC ben? Nou,
drie redenen: Mijn vader voetbalde bij NAC; ik ging als puberende zoon om de
week met hem mee om naar de verrichtingen van ‘het eerste’ te kijken en wij
woonden op een steenworp van de Beatrixstraat in Breda. Het enige echte
NAC-stadion. We woonden zo dichtbij, dat mijn broer en zusjes en ons Ma ons bij
thuiskomst konden vertellen hoeveel het geworden was. Het gejuich was in onze
achtertuin prima te horen. Bij oorverdovend gejuich werd er weer een streepje
achter NAC gezet.
Mijn Pa werd als regelmatig scorende
speler met NAC III kampioen in 1936 van de reserve 2e klasse A. Die
kampioensfoto heb ik bewaard in ons onvolprezen familiearchief. Dat geldt ook
van het wedstrijdverslag van de wedstrijd waarin mijn vader in de hoofdmacht
meespeelde. Longa speelde tegen NAC op 5 oktober 1936. Ons Pa viel na de rust
in voor Bep de Swart jr, die geblesseerd geraakt was. Ik zou willen dat ik hem
had zien voetballen.............
Mijn twee zonen en een schoonzoon
voetbalden ook. Tommy en Pieter, beide bij onder meer Nevelo in Oisterwijk, Baronie
in Breda en Right’Oh in Geertruidenberg. Ook Ronald, de man van onze dochter Meike voetbalde. Ronald van den
Bergh speelde in zijn jeugdjaren bij Bossche clubs DBNC, TGG en BVV, vertrok
toen naar RKC en keerde weer terug bij BVV in Den Bosch. En Stefan, de zoon van
mijn broer Marco speelde enige tijd bij Internos. Het voetbal zal ze wel in het
bloed zitten. Ze hebben het van geen vreemde.
(Bron:
Familiearchief f.van son: Cor van Son een jaar voor hij stierf; kampioensfoto
seizoen 1935-1936 van NAC 3 in de reserve 2e klasse A. Staande van
links naar rechts Van Bers, Cor van Son, De Krom, Ad van Iersel, Joop
Piederiet, A. van der Linden II. Knielend: Van Hout, Bliek, A.v.d.Linden I,
A.v.Dinther, Tijssen, Van Ermel Scherer. Op de foto ontbreken Van Aalsum,
Hakkens en Hilt; Pieter van Son(groen) met Baronie tegen NAC in het
NAC-stadion; Tommy aan de bal in een jeugdteam van Nevelo).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten