zaterdag 30 april 2022

Over vakantie en een ruïne…

Het is schoolvakantie. De kleintjes kwamen een dagje spelen bij oma en opa deze week. Donderdag hadden we er liefst vier. Gezellig hoor maar best druk. Spelen met de lego en ‘pretparkje spelen’, Robyn, Cas, Sem en de snel lachende Luuk, onze jongste van het stel. Het was leuk, maar we voelen ook echt wel, dat we geen veertig meer zijn. Natuurlijk gingen we even naar de speeltuin, waar Robyn in de schommels hing en Cas en Sem liever nog eens op de wip stapten. Ook laat ik je een foto zien van het spelen bij oma thuis natuurlijk. Ook het ijsje ’s middags ontbrak niet. Toen ze werden opgehaald hadden ze stuk voor stuk rode koontjes van de fijne speeldag.

Weekje  

José had afgelopen dinsdag jammer genoeg voor haar weer het afscheid van haar schilderseizoen van de club. Ze gingen met z’n allen naar Adrie. Voor mij is die dinsdagavond prima om lekker op mijn gemak voetbal te kijken op tv of aan mijn genealogisch onderzoek te werken. Die schilderclub wordt tot verdriet van iedereen pas na de zomer weer opgepakt. José zal zonder twijfel ook in de komene maanden nog eens haar penselen pakken om haar creativiteit te botvieren. Vrijdag kwam de pedicure mijn voeten verzorgen na die wandeling zaterdag en er was donderdag een avond rondom de coalitiebesprekingen. Dan heb ik het nog niet eens over Koningsdag gehad. Zeg maar eens dat het niet druk is! Vanmiddag gaan we de eerste verjaardag vieren van onze Sven. Wat een week met vakantiegevoel. 

Prachtige ruïne

Het was me dus het weekje wel hoor. Het begon meteen zaterdagochtend. Vlak nadat ik vorige week mijn weekendbericht plaatste, zijn José en ik op pad gegaan. Een stamboomrit. Dat was na jaren in verband met corona nauwelijks aan te raden. Dus lieten we dat achterwege. In mijn familieonderzoek kwam de cisterciënserabdij van Villers voorbij. Er bleken nog uitgestrekte ruïnes te bestaan van deze al in 1146 gestichte abdij vlak bij Villers-la-Ville in Waals Brabant. Zuid-België dus, zo’n 30 kilometer ten zuiden van Brussel. In die streek waren we al eens eerder geweest. Iets oostelijker bij het kasteel van Sombreffe en bij de Abdijen van Gembloux en Floreffe en nog zuidelijker in de streek bij Jodoigne, Ham-sur-Heure en Florennes en omgeving. Allemaal uit momenten van het leven van mijn voorouders. Maar ik dwaal af.  

De abdij van Villers dus. We dachten aan een gebruikelijke ruïne uit de twaalfde eeuw maar het was veel meer. Een plekje gezocht en gevonden op een overigens gratis parkeerplaats. Even zoeken naar de ingang van een 13e-eeuws molengebouw en vandaar met een ticket op wandeling. Ik had me er goed op voorbereid. Ik denk achteraf, dat ik nog nooit zo veel gelopen heb, als op die zaterdag. We boften, want het was heerlijk zonnig en een temperatuurtje zo tegen twintig graden. Het bezoek was zeer de moeite waard. Wat een uitgestrekte abdij. Ruïnes van diverse gebouwen, groot en indrukwekkend. Met heel veel gebouwresten in prachtig onderhouden groen met wandelpaden. De bijbehorende ‘ferme’, de boerderij, met landerijen en bossen en wijngaard, beslaan duizenden hectare! Er heerste heerlijke rust, geen drukte en bordjes met uitleg in meerdere talen waaronder het Nederlands. En er was nergens met viltstift of spuitbus gekalkt dat er een of andere onbenul ‘was here’. Toch blijken er 160.000 bezoekers te komen per jaar.De abdij werd bij de franse revolutie grotendeels vernield en door een projectontwikkelaar van stenen beroofd. Toen al!

We hebben beiden genoten. In het oude molengebouw is een bistro gevestigd. Op een terrasje daar hebben we in een lekker zonnetje met zicht op de ruïne op ons gemak iets gedronken en heb ik een ‘croque monsieur’ gegeten.  José wist niet welke kaas dat was en nam dus liever een dame blanche. Het was er weer voor. Een heerlijke, gezellige dag. Uiteraard maakten we foto’s, meer dan 70 en José maakte ook nog enkele filmpjes. Vermoeid maar voldaan, waren we ’s avonds weer thuis. Uiteraard een paar foto’s bij dit weekendbericht. Alle 70 laten zien, is teveel van het goede.

(Bron: familiearchief f.van son; https://villers.be/nl over de abdij van Villers).

 










Geen opmerkingen:

Een reactie posten