Zaterdag moesten we vroeg uit de veren. Ik schreef het vorige week al. Om 9 uur in het holst van de nacht dus, speelde kleindochter Renée in Raamsdonksveer een uitwedstrijd met haar hockeyteam. Een succes, want het werd 0-5. En dan ook nog een speciaal doelpunt. Renée nam zelf de strafcorner en scoorde er uiteindelijk ook nog uit. Dat zie je niet veel. We gingen met de auto. Daarin ligt de rolstoel, want zo lang langs de lijn staan, zou me niet lukken. En dan heb ik het nog niet over de krachttoer die José weer moest uitvoeren om de rolstoel een lichte helling op te duwen. Ik erger me dat ik niets kan doen. Gelukkig was het al vroeg lekker weer, zodat we langs de lijn konden genieten. Het was zelfs zo goed weer, dat we besloten om onmiddellijk daarna; dat was zo tegen elven, naar ons favoriete bankje te gaan in de Biesbosch. Op fiets en scootmobiel natuurlijk. Thermoskan thee en boterhammen mee en op weg. Ook zondag togen we per fiets en scootmobiel genieten van het mooie weer. Jammer van de harde wind, maar met haar elektrische fiets doet dat José niets. ’s Avonds hadden we een etentje bij vrienden; twee culinaire kunstenaars. Het was erg gezellig en lekker. Het werd erg laat; te laat eigenlijk voor mij. Ik was volledige door mijn energie heen. Gelukkig was het gezellig en had ik nog dat prettige gevoel van ’s middags, toen Mathieu van der Poel Parijs-Roubaix op fenomenale wijze op zijn naam schreef. Gewoon genieten.
Schande
Tevoren waren we met fiets en scootmobiel naar de polder gereden, tussen Raamsdonksveer en Oosterhout. Wat een ellende. Vreselijk veel bomen gekapt bij ‘de Put’ en ellende bij de put van Caron. Het mooie beeld was volledig weg. Grond uitscheppen, vervolgens met “licht vervuilde grond” weer verontdiepen, zoals ze dat kennelijk noemen willen. Minder diep maken dus; opvullen. Dan een laagje schone grond eroverheen en je ziet er niks meer van. Schandalig.
En dan maandag begon weer als vanouds met “de jongens”, onze kleinzonen, die een boterham kwamen eten tussen de middag.
Herinnering
Dinsdag was het 9 april, de verjaardag van mijn overleden broer. We reden naar zijn vrouw Dineke om onder het genot van een stuk zelfgebakken appeltaart terug te denken en te praten over hem en haar.
Rillen
Mijn interne kacheltje kan het kennelijk allemaal niet meer bolwerken. Woensdag op de middag reden we met fiets en scootmobiel naar de Biesbosch, naar ons bankje. Maar het was veel kouder dan van achter glas leek. Ik kwam er rillend aan en kon de ril niet kwijtraken, ook niet toen ik twee kopjes warme thee had gedronken. We besloten na een klein half uurtje maar weer naar huis te rijden. Normaal heb ik weinig last van kou en kan ik mijn lichaam snel weer opwarmen; dit keer had ik een denken nodig. De ouderdom komt met gebreken, zal ik maar zegen. In de loop van de middag zijn we per auto nog even weggeweest. Achter glas leek het toen zomer. De jas kon ik losritsen.
In de rug..
We hielden vrijdagmiddag de Biesbosch in de rug. ’s Morgens moest ik uiteraard mijn pagina afwerken, nadat ik zo rond middernacht doodmoe was teruggekomen van de Raadsvergadering. ’s Middags eerst lekker genieten van de zon. Deze keer langs de rivier de Donge, voorbij het halvezolenpad. We staken over via de stuw en dachten daarna het fietspad langs de Donge te kunnen volgen. Maar nee. Afgesloten tot eind mei. Dat betekende een toch door het agrarisch landschap pal tegen de wind in. Toch was het de moeite waard. En daarna zijn we nog met de auto naar de winkel voor schilderspullen in Breda gegaan. Naar Deva dus.
We zullen wel zien wat we vandaag doen. Ons is immers weer mooi weer beloofd. Van profiteren dus! Het wordt waarschijnlijk ons Biesboschbankje. Al het groen is voor ons fijn. Het geeft rust en je ziet telkens weer iets nieuws, zoals die hele familie zwanen in het veld en het water.
Even nagaan
Ik wil voor een bevriend genealoog nog even proberen om antwoord op een aantal vragen te geven. Hopelijk lukt het deze week nog.
(Bron: familiearchief f. van son).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten