De autosleutel gaf dinsdag geen signaal. Nieuw batterijtje erin. Maar ook met nieuwe batterijtjes kon ik de auto niet in, laat staan dat hij gestart kon worden. Ik zag –zwartkijker die ik ben- onze auto al volledig kapot zijn...... Gelukkig geldt nog steeds: “de mens lijdt het meest van het lijden dat hij vreest”, zo hield ons Ma mij altijd voor. Ze had wéér gelijk. Ten einde raad belde ik de wegenwacht. Zijn we tenslotte lid van. Een alleraardigste en behulpzame man die al 18 jaar wegenwachter was en al veertig jaar “in de auto’s” zat, had het snel gezien. Waar wij dachten dat de electronische sleutel kapot was, zei hij dat de accu leeg was. Hij laadde hem een stukje op en controleerde of hij niet leeg liep. Er was niets met de accu aan de hand. Nou kon die man natuurlijk een uur zijn accuoplader erop zetten, maar daar heeft de ANWB uiteraard geen tijd voor. Daarom het advies ”ga maar een flink stuk rijden. Zo’n 200 kilometer was wijs”. Dus wij even zo ongeveer op en neer naar Vlissingen.
Gisteren iets heel anders;
de ‘50+ beurs’. Die mogen we niet missen, zo stond er op de vrijkaartjes die we van
onze aardige buurvrouw kregen. Met die 2 tickets vrijdag naar Utrecht dus.
Drommen leeftijdsgenoten achterna, zo merkten we. Hallen in vol met stands
waarin goedwillende –voor het merendeel dertigers en veertigers- je van alles
willen aansmeren dat “heel goed” voor je is. Dat was niet zo erg. Daar kan je
immers gewoon aan voorbij. Dat dachten we. Nou, nee dus. In een rij met de
stroom mee, totdat er één van die -wat al te opdringerige- leeftijdsgenoten
ineens midden op de pad blijft staan en,
roltas of gratis tas achter zich aanslepend en iedereen wegduwend, op de
eerste rij wil bij een stand. Omdat ze daar foldertjes weggeven of een gratis
nieszeggend tijdschrift en andere prullaria die je buiten de beurs geen blik
waardig zou gunnen. En dan dat constante rumoer van oudjes en standhouders
die al pratend voorbij lopen. Ik heb –werkelijk waar- nog nooit zo’n stelletje
halve zolen bij elkaar gezien. Neerploffend bij elke koffiestand; gek op alles
wat ‘gratis’ is. En na de koffie zich gedragend alsof ze alleen op de wereld
zijn: om zich heen duwend, trekkend aan de roltas die links en rechts over de
tenen van anderen rolt. Veel roltasslepers en slachtoffers merkten het niet
eens, schichtig om zich heen kijkend, tuk op de volgende gratis dingen. In de
stand de mensen die met een microfoontje langs hun mond, door elkaar
heenpratend, hun van buitengeleerde riedeltje uitspatten over de kritiekloze
50-plussers; boven de 50 maar in al die jaren sinds hun kindertijd kennelijk
niks bijgeleerd.Sorry buurvrouw!
We hebben de
Huishoudbeurs altijd al links laten liggen. Iets dat we voortaan ook met deze
beurs zullen doen. Goed om dat een keer mee te maken. Heel veel 50 plussers
gedragen zich alsof ze nog nooit een standje hebben gezien, gek op gratis, gek op volop drukte. Niet
zo gek dat wij na al krap 2 uurtjes, doodmoe van het slenteren en het rumoer in
een aantal hallen weer op weg waren naar de auto. We hebben veel dingen en een
paar hallen zeker niet gezien. Vonden
het niet nodig om naar hal 11 te gaan voor het ‘gratis cadeau’. Genoeg is genoeg. “Leuk geweest” wilde een vrouw van bijna
middelbare leeftijd bij de uitgang weten? “Ja hoor”, zeiden wij, terwijl we
dachten ‘Dat nooit weer’. Maar of ze het geloofde? Een onvergetelijk uitje, een
ervaring rijker.
Op de weg terug had
José voor een worstenbroodje en eierkoek met boter en suiker gezorgd. Zij weet
precies waarmee je een mens echt een groot plezier kan doen.
(Bron: familiearchief
f.van son, 50+ beurs jaarbeurs utrecht 2017)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten