Wat een ellendige week heb ik achter me. Mijn gezondheid liet me in de steek. Vanaf vorige zondag kreeg ik plotseling buikkrampen en diarree, die maandag overging in een gal-uitbraak. Ik liep volledig leeg en moest diverse malen overgeven.
Eigenwijs als ik ben,
luisterde ik niet naar mijn lichaam, maar probeerde maandag gewoon te gaan
werken. Nee dus. Ondanks dat ene lesje ging ik tegen de middag nog zieker naar
huis dan ik al was. Snel het bed in, fysio afgebeld. Dinsdagochtend hetzelfde
liedje. Ik moest om tien over tien beginnen, maar zat om kwart voor elf al weer
thuis om weer naar bed te gaan. Onveranderde situatie, met dien verstande dat
ik me steeds slapper voelde. Goed. Woensdag dus weer naar school, maar het ging
echt niet. Terug naar huis en naar bed.
Uiteindelijk had mijn
lichaam toen gewonnen. Ik bleef op bed en dat is zo geweest tot vrijdag. De
stijve spieren in mijn benen dwongen me om drie keer een blokje om het huis te
lopen en daarna weer naar boven, zwetend en wel van de inspanningen.
Vannacht ben ik er om twee
uur uit gegaan. Heb een kop thee gezet en ben op de ligstand in mijn stoel
gekropen. En toevallig of niet bekroop mij het gevoel dat ik nog altijd niet
genoeg naar mijn eigen lichaam luister. Ik dacht terug aan 2012 toen ik enkele
maanden hulpeloos op bed kwam te liggen. Je moet niet meer zeggen “ik moet
kunnen wat ik wil, maar denken “willen wat ik nog kan”, zo had men mij op het
revalidatiecentrum in Breda voorgehouden. Kennelijk ben ik toch nog steeds wat hardleers.
Doe liever wat ik of een ander van mij wil; of iets zoals het hoort.
Ik heb me vannacht voorgenomen
dat dit echt de laatste keer is. En neem van mij aan: ik houd me eraan. Dat zieke,
lamlendige, fut- en energieloze gevoel wil ik echt niet meer meemaken, als ik
het voor het zeggen heb. Nu een weekend
lang de tijd om weer wat op te bouwen: van de 87,6 kilo van zondag waren er
vanochtend nog 83,1 over……..
(Bron: familiearchief
f.van son; ziek2016).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten