zaterdag 16 november 2024

Voetbal, taart en meer....

Zaterdag reden we naar Dongen om de voetbalwedstrijd van Sem te gaan bekijken. Hij was erg enthousiast toen hij zag dat oma en opa kwamen kijken. Laat hem nou ook scoren. Toen was het hek helemaal van de dam. Telkens als ze aftrappen na een doelpunt, moeten ze vanaf de eigen goal zo snel mogelijk naar de middenstip rennen. Daar ligt de bal. Sem staat vooraan na het scoren van zijn doelpunt.Hij had ook zijn hand even pijn gedaan en werd toen even gewisseld. Natuurlijk kreeg hij een trainingsjackje om. Kou vatten mag immers niet.

Wat vanaf zondag volgde was een week vol stress. Maandag hadden we een echte vrije dag en togen daarom naar zee. Daar hadden we behoefte aan. Lekker even uitwaaien en genieten van de zeegeluiden en de golven. Thuis zitten betekent vaak piekeren op dit moment. Daarom gaan we er even tussenuit.

Verjaren

Als een dief in de nacht gooiden we woensdag snel nog even een verjaardagskaart in de brievenbus bij Luuk. Je weet wel zo’n kaart die een felicitatie zingt, als je hem opendoet. Komende zaterdag gaan we even het cadeautje brengen. Ze mochten natuurlijk niet zien, dat oma de kaart in de bus gooide.

De rest

Donderdag was het noodzakelijk om te tanken, in België uiteraard  en daarna reden we even langs Ikea en meteen namen we daar ook een kop koffie en een broodje. Gisteren moest ik weer mijn pagina maken voor De Langstraat en kwamen ook Cas en Sem tussen de middag bij ons eten. Het was erg gezellig. Nu is het weer afwachten. Vanmiddag komt Emma om haar stagelesje over Sinterklaas met oma door te nemen en natuurlijk gaat oma morgen met Meike en Cas en Sem naar de aankomst van sinterklaas kijken. Die oma is toch maar van alle markten thuis…. Want alles gaat natuurlijk gewoon door.

(Bron: familiearchief f. van son).





 

zaterdag 9 november 2024

Sterrenkok Luuk en logeren…

Deze week weer eens de blik op een paar van onze kleinkinderen, opa's trots. Papa Pieter kwam met kleine Luuk even bij oma en opa spelen. Dat was weer even geleden. Luuk zit altijd onmiddellijk in zijn spel. Het lijkt wel of hij onderweg al heeft nagedacht waarmee hij zal gaan spelen. Het keukentje uiteraard. Dat is een van zijn favorieten. Hij vraagt dan onmiddellijk wat oma en ik willen eten en brengt dat dan in een schaaltje, compleet met koksmuts op, die soms zelfs over zijn ogen daalt. Het was weer genieten.

Logeren

Voor Cas en Sem stond een weekendje logeren op het programma bij tante Inge en oom Bram. Ze troffen het, ook zelfs zondag met het weer. De speeltuinen werden bezocht en ook het Geofort. Dat baadde in de volle zon op zondagmiddag. De jongens zagen ook in Oosterhout een stoet met oude legerwagens passeren, ter gelegenheid van 80 jaar bevrijding. ’s Avonds was er tijd voor een spelletje en zondag mochten ook oma en opa mee-eten met een heerlijke soort rijsttafel. Emma zorgde als volleerde oppas, dat er in het weekend bij tijd en wijle met de kleintjes werd gespeeld en voorgelezen, terwijl Renée op haar kamer leerde voor de toetsen. Inge had voor extra leenspeelgoed gezorgd. De jongens waren erg enthousiast over zo fijn logeren. Wij namen ze weer mee en leverden ze -ondanks de flinke mist- veilig thuis af.

Telefoon

José was deze week jarig, maar dat is zonder ophef voorbij gegaan. Zij en ik hadden geen zin in een verjaardagviering, zo lang niet alle (schoon)kinderen erbij kunnen zijn. Er zijn nu andere prioriteiten. Wij haalden we deze week alletwee wel een nieuw telefoon. Uiteraard kwam er daarbij ook weer een kleine kink in de kabel, want het telefoontoestel voor mij moest besteld worden, terwijl er dat toch ook maar een simpel toestelletje is, dat je in je abonnement meeneemt. Wij hoeven die duurdere toestellen niet. Met deze kan je ook bellen, appen en foto’s maken en afspraken bijhouden. Dat foto’s maken kon José met haar oude toestel overigens niet meer. Die functie was om een of andere reden al opgehouden. Zou het dan toch zo zijn, dat ze zelfs bij het maken van die toestellen rekening houden met een werking van maximaal twee jaar? Want stel je voor dat je toestel het veel langer zou volhouden…

En vanochtend gaan we bij en voetbalwedstrijd van Sem kijken, in Dongen. Erg aanlokkelijk ziet het weer er niet uit. Maar ons manneke zal er blij mee zijn en daar gaat het om.

(Bron: familiearchief f. van son)








 

zaterdag 2 november 2024

Nooit geweest....

 José en ik hebben zowat heel Nederland en België doorkruist en een stukje van Duitsland doorkruist tijdens onze 'stamboomtochtjes'. We kwamen daarbij in de meest onbekende en kleine stadjes en dorpen. Maar één stadje hebben we nog nooit bezocht: Urk. Je mag het eigenlijk geen stadje noemen, geloof ik. Aan die onbekendheid met Urk kwam afgelopen woensdag een einde. Op die dag hadden we geen andere verplichtingen. We hadden er behoefte aan om onze zinnen te verzetten met een fijne autotocht. Dan praten we altijd over wat ons bezighoudt en we genieten van dingen die we onderweg tegenkomen. Eigenlijk valt dat met het genieten nogal mee, want als je de A27 afrijdt naar de opgespoten provincie Flevoland, dan heb je eerst te maken met files en langzaam rijdend verkeer en eenmaal op het grondgebied van die ‘nieuwe’ provincie, moet je zoeken naar mooie dingen. Zo vlak en eindeloos daar. De toen nog sporadisch doorkomende zon, kon daar weinig aan veranderen. Dan kom je langs Almere, dat je maar amper ziet liggen, met hier en daar plukjes woningen in de middle of nowhere, zo lijkt het. Ik zou er absoluut niet kunnen aarden. Dat weet ik wel.

Maar Urk is echt een verademing. We waren ‘op’  Urk. Ooit een eiland, volledig op zichzelf aangewezen en met een geheel eigen cultuur, mag Urk er zijn. Geen klein vissersdorpje meer, maar een gemeente met zowat evenveel inwoners als de onze. Een aantrekkelijk oord, met kleine, smalle straatjes, die in een soort ringen, zo lijkt het vanaf de haven zijn opgebouwd.

Eenmaal bij de haven zie je een enorme gratis parkeerruimte, mooie schepen, netten die te drogen hangen, een orka als standbeeld en zelfs een ‘slaapschip’ voor ontheemden uit de Oekraïne. Je rijdt er op je gemak een rondje langs de visafslag, waar een man de waterspuit hanteerde aan het einde van de ochtend om de afslag weer ‘okselfris’ te krijgen. We vonden slechts een paar Urker kotters, want de vloot heeft na de afsluiting van de Zuiderzee een andere haven moeten zoeken, om weer op zee hun vissen te vangen.

Die visafslag, -die je goed ruikt-, ligt onder een restaurant Partycentrum met een opvallende naam:  ’t Achterhuis. Wij kozen dat uit om een hapje te eten alvast ter gelegenheid van de verjaardag van José, die binnenkort op de agenda staat. We vieren hem dit jaar niet, omdat niet alle kinderen erbij kunnen zijn en we niet zo’n behoefte hebben om er nu aandacht aan te besteden. Er zijn nu  belangrijker zaken.

Het eten, -natuurlijk vis-, mocht er zijn, al is de gebakken vis van José beter gekruid. Onze kop koffie als achterafje, konden we op onze buik schrijven. Bij werkzaamheden was de waterleiding geraakt en tot vijf uur zou er geen water zijn, liet de ober ons weten. Gezellig voor een restaurant…

Onze terugweg was een doffe file-ellende van langzaam rijdend verkeer. Slechts af en toe kon je een kilometer of tien doorrijden, waarna het om weer een onverklaarbare reden opnieuw vastliep. We waren moe en blij toen we de Keizersveerse brug overreden. Thuis. Maar eerlijk is eerlijk: het was toch een fijne dag en Urk is best de moeite waard.

(Bron: familiearchief F. van Son)

 








zaterdag 26 oktober 2024

Doffe ellende en verjaardag...

Pa

Vandaag zou ons Pa jarig zijn. Hij zou 107 geworden zijn vandaag. Helaas overleed hij plotseling op 4 februari 1972. Ik was toen pas 20. Hij pas 54. Mijn vader overleed volgens de medische gegevens van toen aan ‘kransslagaderproblemen.’ Hij werd geboren op 26 oktober 1917.

Ik was de oudste thuis. Samen met mijn zusje Lieke, broer Marco en zus Marianne bleven wij met mijn moeder achter. Ons hele gezin van toen is er inmiddels niet meer, op mij na dan. Met niemand kan ik nog ‘sparren’ over hoe het vroeger bij ons in huis was. Gelukkig kan ik het me zelf nog goed herinneren, al kan ik het niet meer allemaal precies op de goede tijdsvolgorde zetten.

Ik mocht mijn vader eigenlijk niet zo lang echt meemaken. Ik had en heb hem nog zoveel te vragen eigenlijk. Ik herinner me, dat hij een rasechte sportliefhebber was. Zowel actief als passief. Hij voetbalde zelf onder meer bij NAC en bij Groen Wit en bezocht de thuiswedstrijden van NAC. Ik ging dikwijls met hem mee. Hij zorgde ervoor, dat ik altijd aan de rand van het veld op de bankjes kon zitten. Hij stond dan achter mij en genoot van het spel. Vaak fietsten wij ook met het hele gezin naar dorpen in de omgeving, als er wielerwedstrijden waren, zoals de Ronde van de Molen in Oosterhout en het Hart van Gilze. Ma en mijn broertjes en zusjes zittend op een deken aan de kant, pa en ik samen sport kijken. Ik regelde en betaalde zelf twee keer tickets en een busreis voor hem en mij samen. De ene ging naar Heerlen-Terwinselen in 1967 en de tweede in 1969 naar Zolder-Terlaemen in België. Daar werden toen wereldkampioenschappen wielrennen gehouden. We hebben er echt genoten samen.  

En was er zondagmiddag voetbal en NAC speelde niet thuis, dan luisterde hij, met aan zijn oor mijn draagbaar radiootje, naar de verslagen en de uitslagen van Frits van Turenhout. Zelfs als we naar Mol op vakantie gingen, zat hij met radio in onze bungalowtent de Tour de France te luisteren. Hij ging mee op vakantie, maar sliep eigenlijk het liefste thuis in zijn eigen bed. Toen wij later televisie kregen, schreef hij in zijn grote notitieboek alle tussentijden van de schaatsers op wij de WK en het EK. Zijn gezin en sport waren zijn alles.

Mijn vader was een stille, rustige en zuinige man van weinig woorden, die doordacht praatte, als hij iets zei. Hij mengde zich zelden in gesprekken van anderen. Hij was een man met steeds hetzelfde ritme. Op de zondagen na, altijd om tien over zes uit bed, om tien over zeven naar het werk, om even over vijf weer thuis. Zaterdags moest hij nog een tijdlang werken tot twaalf uur. Als hij thuis kwam, was hij tevreden, zowel aan tafel of op zijn stoel naast de kolenhaard. Soms rookte hij een sigaar, een ‘krijgertje’, noemde hij die dan, en anders was het shag. Hij had -als we gingen fietsen- nooit een plattegrond nodig. Hij wist waar hij rijden moest en kende alle wegen en paadjes. Hij hield ook het weer nauwlettend in de gaten. Je kon tijdig aan hem zien en van hem horen, als hij dacht dat er regen zou komen. We kregen dan de opmerking dat we even moesten doortrappen, als we tenminste niet nat wilden worden. In dat soort gevallen bleef het meestal droog, totdat we thuis waren, om even later vaak inderdaad te gaan regenen.

Ik heb mijn vader nooit echt kwaad gezien of horen uitvallen, tegen wie dan ook. Op zeker moment in december 1971 werd hij ziek. Een flinke griep vond de dokter. We  hebben ’s nachts zelfs bij hem gewaakt, want het eenpersoons bed werd in de woonkamer gezet. Papa knapte op, maar ik denk achteraf, dat zijn gezondheid toen al opspeelde. Op 4 februari 1972 zwaaide hij met brandend shaggie om tien over zeven over de schutting op en neer, zoals hij altijd deed als hij naar zijn werk ging. Wij zagen het lichtpuntje en zwaaiden dan. Hij kwam helaas nooit meer terug. Wat zou ik graag de rust hebben, die hij ten toon gespreid heeft. Ik mis hem na 52 jaar nog steeds. Ik had nog zoveel van hem willen leren en nog zoveel willen vragen….. Proficiat Pa.

(Bron: familiearchief f.van son).



 

zaterdag 19 oktober 2024

Het blijft keuzes maken...

Ik heb er even over gedubt: wel of geen griepprik halen. Ik wil er natuurlijk alles aan doen om mijn hart zo veel mogelijk met rust te laten.  Een griepprik niet halen zou kunnen betekenen, dat ik een stuk zieker zou worden, als ik de griep zou krijgen, al is het altijd maar de vraag of de cocktail antigriep die wordt ingespoten, wel juist die griep aanpakt, die ik toevallig krijg. Tot nu toe voel ik geen nadelige gevolgen van die griepspuit.

Iets anders

Youri, Cas en Sem aten afgelopen maandag bij ons tussen de middag gewoon brood met belegd. Zoet, vleeswaren of kaas. Sem had ervoor gekozen om “gewoon boterhammen” te kiezen, toen hij aan de beurt was. Maandag geen kleinzonen, want het is immers herfstvakantie.  We maakten woensdag van het mooi weer en mooie temperatuur gebruik om naar ons favoriete bankje in de Biesbosch te fietsen. José dan, want ik ga altijd met de scootmobiel. Het leek heel mooi, maar net over de middag betrok het. De zon ging achter de wolken en de temperatuur kelderde. We zijn toen -nadat onze boterhammen op waren en we warme thee uit de thermosfles hadden gedronken- weer maar naar huis gefietst, om daar te merken dat het in de loop van de middag wél weer volop zonnig werd. Jammer, anders waren we echt langer blijven zitten. Er waren wel een paar zwanen die we statig konden zien dobberen bij ons favoriete rustplekje. Gelukkig had José na die lagere fietstocht geen extra last of pijn aan haar knie en arm. Dat is altijd maar afwachten, want het was weer even geleden, dat we voor een lager ritje op de fiets hadden gezeten. We konden vrijdag niet op Luuk passen. Er stond al een andere afspraak. José maakte zelf ook weer eens een keer een vispizza. Dat is toch zo lekker en hij was nog goed geslaagd ook. Dat mag ze meer doen.

We zullen eens kijken wat we tijdens de herfstvakantie willen doen. Ik denk niet dat we een hele week thuisblijven. Het blijft keuzes maken.

(Bron: familiearchief f. van son).