zaterdag 12 april 2025

Een stukje geschiedenis…..

Gistermiddag gingen José en ik naar de zeer druk bezochte afscheidsbijeenkomst van Kees den Exter in Made. Hij stierf vorige week, na zo’n twee maanden in het Amphia ziekenhuis te hebben gelegen. Kees, of ‘Kiske’, zoals velen hem noemden, was al geruime tijd ziek. Kees was mijn collega-journalist in het tweede deel van de jaren zeventig van de vorige eeuw. Een hele tijd terug dus. We maakten deel uit van elkaars leven toen en vormden, samen met Peter Schouten, die ook bij het afscheid was, en Willem Wolters, team Oosterhout van Dagblad de Stem. Toen was Dagblad De Stem, -in een heel andere tijd-, nog echt een regionale krant bij overtuiging. We hadden onze correspondenten voor het plaatselijke nieuws en als de gemeenteraadsvergadering van een of andere gemeente in ons verspreidingsgebied tot na middernacht duurde, geen nood, rammelend op de telex vanuit het kantoor aan de Arendstraat, tikten en verstuurden we onze artikelen naar het hoofdkantoor aan de Reigerstraat en het Kasteelplein in Breda. Daar had iemand van het team avonddienst en het artikel stond altijd die dag al in de krant. Dat waren nog eens tijden. Een foto van Kees toen en nu sierde het bidprentje.  

We hadden toen eigenlijk een tweede kantoor, zo zou je kunnen zeggen. Dat was het ‘Bruin Café’ waar Bout Stadhouders de scepter zwaaide. Zowel in de Arendstraat op de eerste verdieping, als in ons tweede kantoor in de Klappeystraat, hebben we wat afgelachen en ook tussendoor gewerkt. Kees had zijn droge en ook scherpe humor; ik deed er vaak een sausje overheen en de werkdag was dagelijks een gezellig feest en tóch werden er elke dag weer pagina’s met degelijk nieuws en achtergronden door ons en onze correspondenten geschreven. Telefonisch verzameld met de toen nog vaste telefoon of ‘en route’ op weg naar het nieuws. Johan van Gurp maakte steeds weer de juiste foto’s bij onze artikelen. Van hem kon je echt op aan. Dat was zo’n 50 jaar geleden.

Aan het eind van die jaren zeventig vertrok ik naar Apeldoorn om er in de gemeentevoorlichting aan de slag te gaan. Ik verloor daarmee de collega’s uit het oog, tot ik een paar jaar geleden op zekere avond een telefoontje kreeg van Kees den Exter. Hij wist altijd vrijwel alles over iedereen en dus ook over onze collega’s. ‘Weet jij nog hoe dat toen gegaan is’ , was vaak een vraag. Kees wilde altijd het naadje van de kous weten. Kees en ik spraken af en ik bezocht samen met José enkele jaren geleden Kees en zijn partner Mariëtte in hun mooie huisje in Hank om eindelijk weer eens bij te praten. Ze kwamen ook eens bij ons genieten van de kookkunst van José. Gezellig. Kees was toen al, -net zoals ik-, geruime tijd ziek. Maar hij kon duidelijk flink minder dan ik nog kon. En toch bleef die ondeugende schittering in zijn ogen. Hij was geen steek veranderd, maar het ging hem vanwege zijn ziekte wel een stuk moeilijker af. Maandagavond kreeg ik Mariëtte aan de lijn en gistermiddag was dus het afscheid van Kees en van een tijdperk. Ik voelde weerstand en een vreemd gevoel toen ik door de poort van de begraafplaats in Made moest. Voor Kees hoop ik dat hij nu voortaan zoveel plezier mag hebben, dat hij altijd zoveel aan anderen gegeven heeft. Bedankt Kees! Mariette, kinderen en de kleine Jacob wens ik toe, dat zij hun fijne herinneringen aan een mooi mens kunnen blijven koesteren.

Het leven gaat door

Het leven gaat door, is zo’n dooddoener; maar het klopt wel. Afgelopen zondagavond werd ons weer een heerlijk en verrassend diner voorgeschoteld door onze ‘schildervrienden’. Dit keer bij Petra en Jos. Het werd een gezellig en culinair hoogstandje, -door combineren van smaken, die eigenlijk niet kunnen passen-. een haast niet te kopiëren Klaproosdiner. Nu is José weer aan de beurt. 

Over de stuw

Begin van de week gingen we op de fiets en scootmobiel voor de lange tocht via Raamsdonk richting ’s gravenmoer en langs de oever van de Donge, tot de stuw. Via die oversteekmogelijkheid naar de andere oever en weer langs de Donge terug naar Raamsdonksveer. Dan zijn we er nog niet. Je kan niet meer achter ‘de Put’ langs, dus gaan we vóór de put en via het fietspad door de polder naar het Huntingtonhuis. Je ziet daar al volop bedrijvigheid voor de aanleg van de nieuwe weg. Via Geertruidenberg en na een ijsje van Enzo reden we uiteindelijk weer naar huis.

Robyn

Ik heb het optreden van onze actrice in de dop Robyn terug gekeken. Wij konden er vanwege ons etente niet bij zijn deze keer. Wat een heerlijk heldere stem heeft zij toch. Zo afgewogen en met de juiste intonatie. Je kon horen en zien, dat ze er plezier in heeft.

Youri

Vandaag gaan we weer eens op de velden van RFC kijken naar onze kleinzoon Youri. Die moet tegen de bovenste voetballen, zo liet hij afgelopen maandag al weten. Misschien spelen ook Cas en Sem wel thuis. We merken het vanzelf. En dan staat de nieuwe week weer op het punt van beginnen. Op naar Pasen.

(Bron: familiearchief f. van son; bibprentje Kees den Exter)













 

zaterdag 5 april 2025

Voor het eerst.....

Dit jaar zijn we deze week voor het eerst op pad gegaan met de fiets en de scootmobiel. Het kan niet anders, dat die eerste tocht in 2025 naar ons favoriete bankje ging in de Biesbosch. Boterhammetjes mee en een thermosfles thee. Het was als vanouds, maar we hadden ons toch wel even wat verkeken op de wind. De draaiende wind.  Op weg er naartoe, zo’n 12 kilometer, ging het allemaal nog wel, maar soms hadden we de wind flink tegen. Naarmate de tijd vorderde, nam de wind zelfs in kracht toe en dat is voor José -ondanks haar elektrische fiets-, flink trappen.  Dankzij die wind was het stilzittend op de scootmobiel toch best soms wat rillerig. Maar het ging wel. We hebben zegge en schrijven twee bootjes gezien en wat watervogels, terwijl de wind aanhoudend in onze nek blies. In elk geval met de pet op, heerlijk zonkracht opgedaan en ook weer wat bijgekleurd.

Maandag waren we al met de auto even op pad geweest en hebben we op de middag in ons eentje op het terrasje van de Paters in Meerseldreef gebivakkeerd. Toch was het er lekker en gelukkig had ik mijn pet in de auto meegenomen. Dat is echt nodig, als het zo zonnig is als in de afgelopen week.

Tommy

Onze oudste zoon Tommy was maandag jarig. Dan moet hij werken, maar woensdag reden José en ik naar Vleuten om hem te feliciteren. En natuurlijk ook om onze kleinzoon Sven weer eens te zien. Papa Tommy en Mama Nienke waren beiden thuis. Sven was beig om uit twee plaatjes de tien verschillen te zoeken, toen wij binnen kwamen. Dat kan hij goed zeg. De kleinste details vallen hem al op en hij moet nog 4 worden. We bleven lunchen en zijn toen op tid weer naar huis gegaan. Of eigenlijk niet helemaal, want bij het opdraaien van de rijksweg richting Den Bosch en Breda kwamen we prompt in de file terecht. Ik haat rijden in de Randstad. Niet vanwege de files maar van het heen en weer kruisen door heel wat weggebruikers van de ene naar de andere rijbaan en weer terug en liefst zonder op andere weggebruikers te letten. Aan dat jachtig gedoe heb ik een bloedhekel. Eind van de middag waren we zonder brokken te maken weer veilig thuis. 

Hoogmis

Mogen is het de ‘Hoogmis’ van het wielerseizoen; de Ronde van Vlaanderen. Ik kijk ernaar uit, al zal ik de finish niet rechtstreeks meemaken. We zijn namelijk te gast bij een van de schildervrienden van José op een gezellig etentje. Jammer dat tegelijkertijd Robyn een optreden heeft. Daar geef ik dan uiteraard de voorkeur aan. De vorig keer werden we daar vergast op diverse culinaire uitspattingen.  Ik ben weer benieuwd. Daarna is José weer aan de beurt om haar kookkunsten te etaleren.

Droevig

Gisteravond kreeg ik een bericht onder ogen, dat mijn oud-collega journalist bij De Stem, Kees den Exter was overleden in het Amphia ziekenhuis. Een zwart bericht. Jarenlang was ik collega van hem in het ‘leuke team’, team Oosterhout. We hebben heel erg veel gelachen. Uiteraard he ik een foto uit mijn archief opgediept. Ik wens Mariette en alle andere dierbaren van Kees de kracht om dit verlies te dragen. Ik herinner mij hem als een goedlachse en uiterst vriendelijke vriend en collega.

(Bron: familiearchief f. van son).